B
C
D
Montage
Lees de bedieningshandleiding aandachtig door om ervoor te zorgen dat u het product correct mon-
teert.
Gebruik van een product dat niet correct is gemonteerd, kan tot een ongeval of ernstig letsel leiden.
Aandrijfas voor het accessoire
1.
Steek het stroomsnoer van de adapter in het stopcontact.
2.
Lijn de ribbels op de accu uit met de groeven in de lader, en
schuif de accu in de lader.
3.
Tijdens normaal opladen knippert de LED (B) op de lader
continu GROEN.
Als de lader een storing detecteert, knippert de LED ROOD.
Neem de accu uit de lader, maak de contacten vrij en plaats
de accu weer in de lader. Als de temperatuur van de accu
buiten het toelaatbare temperatuurbereik (0 °C tot 60 °C) is,
A
blijft de LED ROOD branden.
4.
Wanneer het opladen is voltooid, blijft de LED GROEN bran-
den.
5.
Controleer of de accu volledig is opgeladen: neem de accu
uit de lader, druk op de knop voor acculaadstatus (C) en
controleer de LED-weergave (D).
Eén groen lampje geeft een acculading van 0-25% aan.
Twee groene lampjes geven een acculading van 25-50%
aan.
Drie groene lampjes geven een acculading van 50-75%
aan.
Vier groene lampjes geven een acculading van 75-100%
aan.
6.
Koppel de lader los van de voeding.
WAARSCHUWING
1.
Plaats de krachtbron/aandrijfas op een plat oppervlak.
2.
Trek fixeerpen (A) naar buiten en draai hem een kwartslag
linksom in de ontgrendelde stand.
3.
Verwijder de vinylkap van de aandrijfas van het accessoire.
9
Voordat u begint
BELANGRIJK