10. Verhelpen van storingen
Storing
Licht wordt niet ingeschakeld
resp. licht wordt uitgescha-
keld bij aanwezigheid en
duisternis
Licht brandt bij aanwezig-
heid ondanks voldoende
lichtsterkte
Licht wordt niet uitgeschakeld
resp. licht wordt spontaan
ingeschakeld bij afwezigheid
Storingsknipperen
(4x per seconde)
CE-Conformiteitsverklaring
Het apparaat voldoet aan de EMC-Richtlijn 2014/30/EU.
130
130
Oorzaak
Luxwaarde te laag ingesteld; melder op halfautoma-
tisch ingesteld; licht werd handmatig uitgeschakeld;
geen persoon in het registratiebereik; obstakel(s)
storen de registratie; nalooptijd te kort ingesteld;
verkeerde groepsadressering tussen melder en actor
Luxwaarde te hoog ingesteld; licht werd kort daar-
voor handmatig ingeschakeld; melder in testmodus
Nalooptijd afwachten (zelflerend); thermische
storingsbronnen in het registratiebereik: hetelucht-
verwarmers, gloeilampen, halogeenstralers, zich
bewegende objecten (bijv. gordijnen bij open ramen)
Fouten c.q. storingen bij de zelftest; apparaat is
defect!