De beste plek voor het systeem bepalen
1.
Installeer de modules op een stabiel oppervlak.
2
2.
Controleer of het systeem geschikt is voor de gebruikte netspanning. Kijk hiervoor op
het typeplaatje.
3.
De voedingsaansluiting moet gemakkelijk toegankelijk zijn, bij voorkeur dicht bij het
systeem. Om veiligheidsredenen is het van essentieel belang dat het systeem is
aangesloten op een geaarde contactdoos.
De hoofdmodules installeren (met optionele VersaFeeder)
Wanneer een versaFeeder onderdeel van het systeem is, ziet de configuratie er als volgt
uit:
Installeer de modules als volgt:
1.
Plaats de versaFeeder tussen de vulmodule en de feedermodule. Plaats beide handen
onder het linker en rechter paneel.
8
Schakel het systeem altijd uit voordat u het aansluit op andere
apparaten, of voordat u andere apparaten loskoppelt.