Solitrend MMP42
gedurende de vochtmeting. In lucht meet de sensor circa 60 picoseconden radarlooptijd en
145 picoseconden in droge glasparels.
Kalibratiecurveset A voor algemene stortgoedtoepassingen (bijv. zand, grind, kiezel,
houtsnippers) is beschikbaar op aanvraag.
SD02333M separaat display - beschrijving van bediening en materiaalkalibratie.
8.3.1
Installatie in of op een uitlooptrechter
Bij dit type installatie is het belangrijk de juiste kalibratiecurve passend bij het graansoort in te
stellen zodat het vochtgehalte correct wordt weergegeven als een absolute vochtwaarde.
Wanneer het product continu uitstroomt en de sensorplaat constant is bedekt met graan,
moet hier ook een kalibratiecurve met temperatuurcompensatie worden ingesteld.
Echter, wanneer het product intermitterend wordt afgevoerd in batches en de sensorplaat is
niet het grootste deel van de tijd bedekt, past de geïntegreerde temperatuursensor zich aan op
de omgevingstemperatuur en niet op de graantemperatuur, waardoor fouten in de meting
optreden.
Daarom wordt een kalibratiecurve zonder temperatuurcompensatie geadviseerd bij een
intermitterende afvoer.
Voor het nauwkeurig meten en weergeven van de absolute vochtwaarden op het uitlooppunt,
moet de kalibratiecurve correct worden ingesteld en ingeregeld.
Wanneer het instrument is ingeregeld voor alle mogelijke graansoorten, worden deze
gegevens opgeslagen in het permanente geheugen van het instrument. Wanneer het te meten
materiaalsoort wordt veranderd, hoeft de gebruiker alleen maar de relevante kalibratiecurve
tijdens bedrijf te selecteren, omdat de invloed van de installatielocatie constant blijft en het
stortgewicht van het product grotendeels hetzelfde blijft.
Mogelijke instellingen
• De graankalibratiecurve kan worden ingesteld afhankelijk van de soort, zoals beschreven in
hoofdstuk 8.3.
• Afhankelijk van de installatielocatie, kan een nulpuntscorrectie worden uitgevoerd voor de
geselecteerde kalibratiecurve
Het gebruik van het separate display wordt geadviseerd bij het uitvoeren van de
fijninregeling. Het instrument kan alleen worden ingeregeld wanneer het is geïnstalleerd
in het systeem, omdat de installatielocatie en het stortgewicht een aanmerkelijke invloed
hebben op de vochtmeting.
De fijninregeling moet voor elke graansoort afzonderlijk worden uitgevoerd.
Absolute vochtmeting hangt af van de volgende parameters:
• Installatielocatie (bijv. metalen objecten in het meetveld)
• Stortgewicht van het materiaal
Een andere kalibratiecurve moet worden geselecteerd zodra één van deze parameters
verandert wanneer u het vocht als een absolute vochtwaarde wilt weergeven.
Endress+Hauser
Inbedrijfname
23