Brandalarm
Optische en akoestische signalen
Centralebesturing
Het hoofdstuk Alarm bevat informatie met betrekking tot alarmtypen,
ingangvertragingen en het display van de centralebesturing.
Dit hoofdstuk bevat informatie over de volgende onderwerpen:
" Een melding bevestigen
" De interne signaaltoon uitschakelen
" Externe signaalgevers in− en uitschakelen
" Externe signaalgevers en doormelding resetten
" Verificatie activeren
" Alarmmelding resetten
" Melders uitschakelen
Een brandalarm wordt optisch en akoestisch op de brandmeldcentrale
gesignaleerd:
H De detectiezones worden weergegeven in het display;
H het LED−lampje Alarm brandt;
H het systeem geeft een interne signaaltoon.
Alarmmeldingen hebben de hoogste prioriteit in vergelijking met alle andere
meldingstypen. Als een brandalarm wordt gesignaleerd, schakelt het
systeem automatisch over naar het alarmdisplay.
H In het LED−display gaat een rood signaallampje branden:
Alarm:
H Er klinkt een interne signaaltoon; zie ook Interne signaaltoon
uitschakelen.
H Afhankelijk van de programmering worden akoestische en/of optische
signaalgevers (bijvoorbeeld sirenes of flitslampen) geactiveerd.
Als de doormelding aan de brandweer wordt geactiveerd, gaat het volgende
rode signaallampje branden:
Doormelding Geactiveerd
41 van 134