9.3
Verwijdering van condensatie
Het apparaat is uitgerust met een luchtfilter dat eventuele onzuiverheden en condensatie in het
pneumatische circuit onderschept.
Om te voorkomen dat er condensatie in het apparaat circuleert, controleert u het luchtfilter
wekelijks en leegt u deze door de volgende handelingen uit te voeren:
Leg een absorberende doek onder
het apparaat om de condensatie op te
vangen;
OPGELET: Deze
onderhoudswerkzaamheden moet
worden uitgevoerd terwijl het apparaat
is ingeschakeld om het luchtcircuit onder
druk te houden.
Met het apparaat ingeschakeld en in een
perfect horizontale positie, drukt u op de
ontluchtingsklep van het luchtfilter aan
de onderkant van het apparaat, totdat er
alleen lucht uitkomt.
OPMERKING: Het wordt aangeraden
om droge compressoren te gebruiken
en een luchtontvochtiger in het
pneumatische circuit van de praktijk te
plaatsen.
9.4
Reiniging van de poederreservoirs en doppen
Controleer de reiniging van het poederreser-
voir en in het bijzonder van de dop, aangezien
poederresten in aanwezigheid van vocht kun-
OPGELET: Schakel het apparaat altijd
uit met de O/I-schakelaar en haal de
stekker uit het stopcontact voordat u de
stofreservoirs en doppen reinigt.
GEVAAR: Leeg de poederreservoirs
voordat u er perslucht in blaast.
Blaas perslucht in het reservoir en
op de schroefdraad van zowel de
poederreservoirs als de doppen.
1
2
nen stollen en het openen en sluiten bemoei-
lijken.
1
ONDERHOUD
103