2. Zorg ervoor dat u de gaskabel met tyrips goed aan de bedieningsarm
vastmaakt. Zorg dat de gaskabel niet klemt, knikt of ergens achter kan blijven
hangen
15. TANKEN
TOT SLOT DRAAIT U ALLE BOUTEN EN MOEREN NOG EENS
GOED VAST.
11.1 INGEBRUIKNAME VAN DE MOTOR
Voor ingebruikname van de motor de gebruiksaanwijzing goed nalezen, Alleen
het opvolgen van de aanwijzingen in de gebruiksaanwijzing kan een lange
levensduur garanderen. Ook houdt u hierdoor aanspraak op garantie.
LET OP!
U mag de in dit hoofdstuk beschreven HANDELINGEN ALLEEN UITVOEREN
nadat u alle veiligheid instructies hebt gelezen en de veiligheidsinstructies ook
hebt begrepen. Het beïnvloedt uw persoonlijke veiligheid!
12. OLIE
Voor de inbedrijfstelling van de motor moet olie worden bijgevuld! Geen of te
weinig olie kan leiden tot onherstelbare schade aan de motor. In dit geval,
distantiëren dealers en fabrikanten zich van enige aanspraak op garantie.
Gebruik motorolie met de specificatie 10W - 30 of 10W - 40.
Olie vulplug uit de motor verwijderen.
Voeg motorolie tot aan de eerste draad van de vulopening.
Draai de vuldop weer dicht.
Olieresten/ vuil wegvegen a.u.b.
Wij adviseren na de eerste 10uur de olie te verversen.
22