3.3.2 Isolatieweerstandsmeting
➭ Schakel met de toets R
ISO
Afb. 3.7
Testspanning instellen
➭ Stel met de toetsen
▲
U
panning in. Door een van beide toetsen kort in te drukken,
wordt de spanning verhoogd of verlaagd tot de nominale
waarden 50, 100, 250, 500, 1000V. De ingestelde testspan-
ning wordt in het veld U
TEST
Houd voor het instellen van individuele waarden een van de
toetsen
U
of
U
▲
▼
TEST
TEST
met stappen van 1V tussen 50 en 1000V kunnen worden ge-
wijzigd. Stel vervolgens de exacte waarde in door kort op de
betreffende toets te drukken. Enkele seconden nadat een van
beide toetsen voor het laatst werd ingedrukt, schakelt het
meetinstrument weer terug naar de stap voor het veranderen
van de nominale waarden 50, 100, 250, 500, 1000V.
➭ Raak met beide meetpennen het meetobject aan.
Schakelaar uit!
Afb. 3.8
Voorbeeld aansluiting
Opmerking
Indien er in het gemeten stroomcircuit een stoorspanning
> ca. 10V aanwezig is, wordt dit op het display weerge-
geven en wordt de toets START geblokkeerd (zie hiervoor
Hoofdstuk 3.3.1 op pagina 4). Verwijder voor u met de
meting verder gaat de oorzaak van de stoorspanning.
➭ Start de meting met de toets START. Laat de toets weer los
zodra de meting begint.
Het toenemen van de meetspanning (dit kan bij grote capaci-
teiten meerdere tientallen seconden duren) wordt met een lijn-
tekening weergegeven. Tegelijkertijd wordt in het veld U
waarde getoond. De meetcyclus wordt automatisch beëin-
digd.
Opmerking
Wanneer een langere meting gewenst is, moet de toets
START de hele tijd ingedrukt blijven.
Echter, kan de automatische cyclus door het kort indruk-
ken van START voortijdig worden beëindigd. In dit geval
wordt er geen resultaat weergegeven.
Gossen Metrawatt GmbH
/U
de isometing in.
SPD
de gewenste meets-
en
▼
U
TEST
TEST
op het display weergegeven.
zo lang ingedrukt tot de getallen
➭ Lees de gemeten waarde van de isolatieweerstand af.
Opmerking
Het meetinstrument mag niet van het meetobject worden
verwijderd zolang het waarschuwingsteken "!" oplicht.
Het ontladen van grote capaciteiten kan meerdere tiental-
len seconden duren!
Afb. 3.9
Voorbeeld van het resul-
taat van een isometing
(het meetobject wordt
ontladen)
Opmerking
Het meetinstrument kan gedurende de metingen piep-
en sisgeluiden maken.
3.3.3 Meten van varistors (overspanningsbeveiligingen)
Bij deze meetfunctie genereert het meetinstrument een stijgende
gelijkspanning in het bereik 50V ... 1000V en meet tegelijkertijd de
stroom die door het meetobject stroomt. Zodra de vloeiende
stroom 1 mA bereikt, stijgt de spanning niet verder en wordt op
het display de spanning van het zogenoemde milliamperepunt
getoond. In overeenstemming met de via de toets FUNC gekozen
functie worden bovendien resultaten van de overspanningsbevei-
liging automatisch geanalyseerd en in onderstaande tabel weer-
gegeven.
Opmerking
Wanneer de functie
▲
U
en
▼
U
TEST
TEST
matisch analyseren van de resultaten worden ingesteld.
Wanneer de functie
U
en
U
▲
▼
TEST
TEST
matisch analyseren van de resultaten worden ingesteld.
Voor de eigenlijke meting of analyse is het om het even of DCMAX
of DCMIN is ingesteld.
Symbool op het display en de bijbehorende betekenis
Gekozen functie
DC
Gemeten werd de spanning in
het milliamperepunt.
DCMAX
De spanning in het milliampere-
USER
punt ligt binnen het opgegeven
DCMIN
bereik.
USER
SPD LIST *
De spanning in het milliampere-
punt ligt binnen het opgegeven
bereik van het gekozen type
overspanningsbeveiliging.
* Tabel van de overspanningsbeveiliging.
de
IN
Bij het kiezen van de functie SPD LIST (TABEL OVERSPANNINGS-
BEVEILIGING) wordt op het display een concreet type met fabri-
kant/leverancier aangeboden en ook de spanning in het milliam-
perepunt en eventueel nog andere informatie weergegeven.
Met de toetsen
▲
spanningsbeveiliging worden gekozen.
Afb. 3.10
Resultaat van een iso-
meting (het meetobject
is ontladen: U
USER
DCMAX is gekozen, kan met de toetsen
de bovenste spanningsgrens voor het auto-
DCMIN is gekozen, kan met de toetsen
USER
de onderste spanningsgrens voor het auto-
De spanning in het milliampere-
punt ligt buiten het meetbereik.
De spanning in het milliampere-
punt ligt buiten het opgegeven
bereik.
De spanning in het milliampere-
punt ligt buiten het opgegeven
bereik van het gekozen type
overspanningsbeveiliging.
U
en
U
kan het gewenste type over-
▼
TEST
TEST
= 0V)
IN
5