Pulscontrole
Meetbereik kal
na kal
Fig. 8 Meting
3.5
Functiecontroles voor gebruik
Controle van de algemene functie-indicator
De algemene functie-indicator moet om de 15 seconden knipperen nadat het toestel is opgestart. Dit
geeft aan dat het toestel correct functioneert.
Alarmen controleren
Controleer of het akoestische, visuele en trilalarm functioneren.
Tijdens de inschakelsequentie worden de alarmen kortstondig geactiveerd (functietests).
Zie hoofdstuk 3.2 voor details.
Bumptest
WAARSCHUWING!
Voer een bumptest uit om correcte werking van het toestel te controleren. Veronachtzaming van deze
test kan leiden tot ernstig persoonlijk letsel of de dood.
De frequentie van bumptest wordt voorgeschreven door landelijke of bedrijfsvoorschriften; dagelijks
een bumptest uitvoeren is een algemeen aanvaarde beste veiligheidspraktijk en is daarom het advies
van MSA.
Kal nodig
0 ppm
Knop indrukken?
J
Houd
langer aan dan
1 seconde?
N
Houd
N
langer aan dan
3 seconden?
J
Toestel
schakelt uit
OFF
ALTAIR
Nulpunt kal
Pagina menu
N
PaginaMenu
J
®
2X
Gebruik
Bumptest
NL
21