Inhoudsopgave
Advertenties
Controleren op scherpstelling direct
na het maken van een opname
Opnamemodus
U kunt controleren of het beeld is scherpgesteld direct nadat
deze is vastgelegd.
1
Maak de opname.
Het opgenomen beeld wordt gedurende ongeveer
2 seconden (of gedurende het met de functie Bekijken
ingestelde interval
2
Druk op
beeld wordt weergegeven.
Het aantal keer dat de knop DISP.
moet worden ingedrukt is afhankelijk
van de weergave-instellingen voor
het LCD-scherm (Zie hieronder).
Druk herhaaldelijk op de knop DISP.
totdat het scherm aan de rechterkant
wordt weergegeven.
Het beeld wordt als volgt weergegeven.
- Camera is scherpgesteld: AF Frame voor het beeld dat
is gemaakt wordt wit weergegeven en er verschijnt een
oranje kader binnen het scherpgestelde kader.
- Camera is niet scherpgesteld: het beeld dat is gemaakt,
wordt weergegeven en er verschijnt een oranje kader in
het midden van het beeld.
- De inhoud van het oranje kader kan onderin rechts
worden bevestigd.
- U kunt ook de zoomfunctie gebruiken
U kunt tussen de AF Frames wisselen en de weergaveposities
wijzigen
(p. 68)
U annuleert als volgt: druk de ontspanknop half in.
U kunt een beeld wissen door de knop
het beeld wordt weergegeven, behalve in de wijzigingsmodus
voor weergavepositie (Raadpleeg Verkorte handleiding, p. 19).
Als u op de knop DISP. drukt, wordt de weergave op het
LCD-scherm als volgt veranderd.
Bevestiging scherpstelling
p.
24) weergegeven.
(of
) terwijl het
met behulp van de knop MENU of FUNC./SET.
Gedetailleerd
Opgenomen beeld
Inhoud oranje kader
(p.
73).
in te drukken terwijl
Geen informatie
67
Advertenties
Inhoudsopgave
