Balanceren van het mes
1. Controleer de balans van het mes door de opening in
het midden van het mes boven een spijker of de steel
van een schroevendraaier te houden, die horizontaal
in een bankschroef is geklemd (Figuur 32).
Figuur 32
Opmerking: U kunt de balans ook controleren
met behulp van een voor commerciële doeleinden
vervaardigde mesbalans.
2. Als één van de uiteinden van het mes omlaag draait,
vijlt u nog wat materiaal aan die kant weg (niet van de
snijrand of het uiteinde bij de snijrand). Het mes is in
balans als geen van beide uiteinden omlaag beweegt.
Het maaimes monteren
1. Monteer een scherp, uitgebalanceerd Toro-mes, de
ring, de antiscalpeercup en de mesmoeren.
Opmerking: De vleugel van het mes moet naar de
bovenkant van de maaikast wijzen om het mes op de
juist wijze te monteren. Draai de mesbout vast met
een torsie van 102 tot 115 Nm.
2. Zet de maaimachine terug in de bedrijfsstand.
3. Sluit de brandstofklep en vul de brandstoftank met
benzine.
4. Sluit de bougiekabel aan op de bougie.
Reiniging
Ruimte onder de drijfriemkap
reinigen
Onderhoudsinterval: Om de 50 bedrijfsuren
1. Zie Voorbereidingen voor onderhoudswerkzaam-
heden.
2. Druk de voorzijde van de drijfriemkap omlaag en
naar voren om deze te ontgrendelen van de voorste
montageschroef (Figuur 33).
3. Druk aan beide kanten van de motor op de
drijfriemkap en til de kap van de machine.
4. Veeg al het vuil weg uit de omgeving van de riem.
5. Plaats de drijfriemkap terug.
6. Sluit de bougiekabel aan op de bougie.
Onderkant van de maaikast
reinigen
Om de beste maairesultaten te verkrijgen, moet u de
onderkant van de machinebehuizing schoon houden.
Wassen
Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks
1. Zet de maaimachine op een vlak oppervlak van asfalt
of beton, dicht bij een tuinslang.
2. Start de motor.
3. Houd een tuinslang ter hoogte van de handgreep en
richt de waterstraal op de grond, net vóór het rechter
achterwiel (Figuur 34).
25
G018483
Figuur 33