5
|
Richtlijnen met betrekking tot mogelijke toepassingen
5.2.2 Meerdere kamers – Eén AWT-zone
Vloerverwarming of radiatoren – Thermostaatkranen
Uitgebreide handleiding voor de installateur
28
▪
De warmtepompconvectoren zijn rechtstreeks op de binnenunit aangesloten.
▪
Een afsluiter (ter plaatse te voorzien) wordt voor de vloerverwarming geplaatst
om condensatie op de vloer te vermijden tijdens het koelen.
▪
De gewenste kamertemperatuur wordt ingesteld via de controller van de
warmtepompconvectoren. Er zijn verschillende controllers en opstellingen
mogelijk voor de warmtepompconvectoren. Voor meer informatie, zie:
-
De installatiehandleiding van de warmtepompconvectoren
-
De installatiehandleiding van de opties voor warmtepompconvectoren
-
Het bijlageboek voor optionele uitrustingen
▪
Het signaal om ruimteverwarming/koeling te vragen wordt naar een digitale
input op de binnenunit gestuurd (X2M/35 en X2M/30).
▪
De bedrijfsmodus wordt naar de volgende toestellen door een digitale output op
de binnenunit gestuurd (X2M/4 en X2M/3):
-
De warmtepompconvectoren
-
De afsluiter
Configuratie
Instelling
Temperatuurregeling van de unit:
▪
#: [A.2.1.7]
▪
Code: [C-07]
Externe kamerthermostaat voor de
primaire zone:
▪
#: [A.2.2.4]
▪
Code: [C-05]
Voordelen
▪
Koeling. De warmtepompconvectoren bieden naast een verwarmingscapaciteit
ook een uitstekende koelcapaciteit.
▪
Efficiëntie.
Vloerverwarming
warmtepompsysteem.
▪
Comfort. De combinatie van twee types van warmteafgevers zorgt voor:
-
Het uitstekende verwarmingscomfort van de vloerverwarming
-
Het uitstekende koelcomfort van de warmtepompconvectoren
Als alleen 1 aanvoerwatertemperatuurzone nodig is, omdat de gewenste
aanvoerwatertemperatuur van alle warmteafgevers dezelfde is, hebt u GEEN
mengklepstation nodig (economisch).
Voorbeeld: Als het warmtepompsysteem gebruikt wordt om 1 vloer te verwarmen,
waarbij alle kamers dezelfde warmteafgevers hebben.
Als u de kamers met vloerverwarming of radiatoren verwarmt, wordt de
temperatuur van de primaire kamer meestal via een thermostaat geregeld (dit kan
de gebruikersinterface zijn of een externe kamerthermostaat), terwijl de
Waarde
1 (Bst xt kmrthrms): De unit werkt
op basis van de externe thermostaat.
1 (Thermo AAN/UIT): Als de gebruikte
externe kamerthermostaat of
warmtepompconvector enkel een
thermo AAN/UIT-staat kan sturen.
levert
de
beste
prestaties
met
het
ERLA03DAV3 + EHFH03S18DJ3V
Daikin Altherma 3 R F
4P596806-1A – 2020.05