Frequentierespons: 40 - 400Hz.
Arbeidscyclus op display: (0.1%-99.9%).
12. Weerstand
1. Druk de toets " " in en sluit het rode en het zwarte meetsnoer respectievelijk op de stopcontacten "
"
en "COM" aan.
2. Druk de toets " " in zolang de weerstand-meetfunctie gekozen wordt. Op het LCD scherm zal het
passende symbool verschijnen. In de automatische bereik-aanpassingsmodus voor de weerstandmeting
kunt u de handmatige modus kiezen met de toets "RANGE".
1 - 10A-schakelaar
Let op:
a) Vóór de weerstandmeting moet u de voeding van het gemeten circuit afsluiten en alle zijn condensatoren
ontladen.
b) Tijdens het weerstandmeten kan de aanwezigheid van een willekeurige spanning tot onnauwkeurige
meetresultaten leiden, en bij spanning boven 250V kan het meettoestel beschadigd raken en dat kan ook
gevaarlijk voor de gebruiker zijn.
c) Bij het weerstandmeten binnen het 600Ω-bereik moet eerst de weerstand van de meetsnoeren gemeten
worden (door de snoeren te kortsluiten en de weerstandmeting aflezen), en de gemeten waarde van het
meetresultaat af worden getrokken.