2052R/2062R/2000T
Gebruikershandleiding
Een draad in een bundel identificeren
Om een draad in een bundel te identificeren, moet u eerst bepalen of de draad is aangesloten
op een bekrachtigde of niet-bekrachtigde stroomkring.
Niet-bekrachtigde stroomkring
Ga als volgt te werk om een draad in een bundel te identificeren in een niet-bekrachtigde
stroomkring:
1. Sluit de zender aan. Zie
a. Sluit het rode meetsnoer aan op de stroomkring.
b. Sluit het zwarte stapelbare meetsnoer aan op de zender.
c. Sluit het ene uiteinde van het groene meetsnoer aan op het zwarte meetsnoer en het
andere uiteinde op een afzonderlijke aarding.
d. Sluit indien nodig extra meetsnoeren aan om alle ongebruikte spanningsloze draden
aan de zenderzijde van de stroomkring, die parallel lopen met het zwarte meetsnoer, te
aarden.
2. Selecteer de puntsensor-modus op de ontvanger.
3. Trek één draad zo ver mogelijk uit de andere draden in de bundel en raak deze aan met de
puntsensor. Het sterkste signaal geeft de juiste draad in de bundel aan.
Afbeelding 21. Een gebundelde draad in een niet-bekrachtigde stroomkring traceren
36
Afbeelding
21.
<1 s