Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Menu 5.1 - Bedrijfsinstellingen; Menu 5.1.1 - Warmwaterinstellingen; Menu 5.1.4 - Alarmhandelingen - Nibe F1253PC Installatiehandleiding

Aard-warmtepomp
Verberg thumbnails Zie ook voor F1253PC:
Inhoudsopgave

Advertenties

Voorzichtig!
Onjuiste instellingen in de servicemenu's kun-
nen schade aan de warmtepomp veroorzaken.

MENU 5.1 - BEDRIJFSINSTELLINGEN

Bedrijfsinstellingen voor de warmtepomp kunnen in de
submenu's worden doorgevoerd.

MENU 5.1.1 - WARMWATERINSTELLINGEN

starttemp. economie/normaal/luxe
Instelbereik: 5 – 70 °C
Fabrieksinstelling (°C):
zuinig
normaal
40
stoptemp. economie/normaal/luxe
Instelbereik: 5 – 70 °C
Fabrieksinstelling (°C):
zuinig
normaal
44
stoptemp. per. verhoging
Instelbereik: 55 – 70 °C
Fabrieksinstelling: 55 °C
hoog vermogen
Instelbereik: aan/uit
Fabrieksinstelling: uit
Hier stelt u naast de start- en stoptemperatuur van het
warmtapwater voor de verschillende comfortopties in
menu 2.2 ook de stoptemperatuur voor periodieke ver-
hogingen in menu 2.9.1.
Voor een hoger laadvermogen klikt u op hoog vermogen.
Als "hoog vermogen" is geactiveerd, wordt het warm-
tapwater met meer vermogen verwarmd dan in de
standaardstand en heeft daarom een snellere oplaadtijd.
MENU 5.1.2 - MAX. AANVOERTEMP.
afgiftesysteem
Instelbereik: 20-80 °C
Standaardwaarde: 60 °C
Stel hier de maximale aanvoertemperatuur in voor het
afgiftesysteem. Indien de installatie meerdere klimaat-
systemen heeft, kunnen er afzonderlijke maximale aan-
voertemperaturen worden ingesteld voor ieder systeem.
NIBE F1253PC
luxe
44
47
luxe
48
51
Afgiftesystemen 2-8 kunnen niet worden ingesteld op
een hogere max. aanvoertemperatuur dan klimaatsys-
teem 1.
LET OP!
Voor vloerverwarmingssystemen moet de max.
aanvoertemp. normaliter worden ingesteld
tussen 35 en 45 °C.
Controleer de max. vloertemperatuur bij de le-
verancier van uw vloer.
MENU 5.1.3 - MAX. VERSCH.
AANVOERTEMP.
max. versch. compressor
Instelbereik: 1 – 25 °C
Standaardwaarde: 10 °C
max. versch. bijverwarming
Instelbereik: 1 – 24 °C
Standaardwaarde: 7 °C
Hier stelt u het maximale toegestane verschil in tussen
de berekende en de huidige aanvoertemperatuur tijdens
de compressor- of de bijverwarmingsmodus. Max.
versch. bijverwarming kan nooit hoger zijn dan max.
versch. compressor
max. versch. compressor
Indien de actuele aanvoertemperatuur de berekende
aanvoertemperatuur op basis van de ingestelde waarde
overstijgt, wordt de waarde in graadminuten ingesteld
op +2. De compressor in de warmtepomp stopt als er
alleen warmtevraag is voor cv.
max. versch. bijverwarming
Indien "addition" wordt gekozen en geactiveerd in menu
4.2 en de actuele aanvoertemperatuur overstijgt de be-
rekende temperatuur met de ingestelde waarde, wordt
de bijverwarming stopgezet.

MENU 5.1.4 - ALARMHANDELINGEN

Selecteer hier hoe u wilt dat de warmtepomp u waar-
schuwt dat er een alarm in het display wordt weergege-
ven.
De verschillende alternatieven zijn dat de warmtepomp
stopt met het produceren van warmtapwater (standaard-
instelling) en/of de kamertemperatuur verlaagt.
LET OP!
Als er geen alarmhandeling is geselecteerd,
kan dit leiden tot een hoger energieverbruik bij
een alarm.
Hoofdstuk 8 | Regeling - Menu's
43

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave