LED-paneel
LED-gedrag
Het groene
LED-lampje
van de
omvormer
brandt.
Het rode LED-
alarmlampje
knippert snel.
Het groene
LED-lampje
van de
omvormer
brandt.
Het rode LED-
alarmlampje
knippert met
een snelle
dubbele puls.
Het groene
LED-lampje
van de
omvormer
brandt.
Het rode LED-
alarmlampje
knippert met
een snelle
enkele puls.
Het groene
LED-lampje
van de
omvormer
knippert met
een snelle
dubbele puls.
Het rode LED-
alarmlampje
knippert
langzaam.
Het groene
LED-lampje
van de
omvormer
knippert met
een snelle
dubbele puls.
Het rode LED-
alarmlampje
knippert snel.
Pagina 14
Phoenix Inverter Smart Handleiding
Operationele modus
Waarschuwing voor te hoge
accuspanning.
De accuspanning is te hoog. Mocht
de accuspanning verder stijgen, zal
de omvormer uitgeschakeld worden
op basis van een "Alarm te hoge
accuspanning".
Waarschuwing hoge temperatuur.
De interne temperatuur is te hoog.
Als de temperatuur verder stijgt, zal
de omvormer uitgeschakeld worden
op basis van een "Alarm te hoge
temperatuur".
Waarschuwing hoge DC-
rimpelspanning.
De DC-spanning heeft een te hoge
rimpelspanning. Als de rimpelspanning
verder stijgt, zal de omvormer
uitgeschakeld worden op basis van een
"Alarm te hoge DC-rimpelspanning".
Alarm te lage accuspanning.
De omvormer is uitgeschakeld als
gevolg van een te lage accuspanning.
Alarm hoge accuspanning.
De omvormer is uitgeschakeld als
gevolg van een te hoge accuspanning.
Probleemoplossing
Verminder de DC-ingangsspanning,
controleer of de accuspanning correct
is en of de accubank correct is
aangesloten. Controleer ook of er
misschien defecte of verkeerde laders
zijn of apparatuur met een defecte
laadregelaar.
Verlaag de AC-belasting en/of verplaats
de omvormer naar een beter
geventileerde ruimte.
Controleer of alle accukabels goed zijn
vastgedraaid. Hebben de accukabels
de juiste dikte? Een DC-rimpel is
gerelateerd aan een spanningsdaling
in de accukabels. Raadpleeg het boek
Wiring Unlimited
voor meer informatie
over DC-rimpels en hoe ze voorkomen
kunnen worden.
Om de omvormer opnieuw op te starten,
laad dan de accu op of zet de omvormer
uit en vervolgens weer aan.
Controleer de accuspanning op
de accu-aansluitklemmen van
de omvormer. Controleer ook
de DC-zekeringen, kabels en
kabelverbindingen
Raadpleeg hoofdstuk
Beschermingen
en automatisch opnieuw
opgestart. [15]
voor meer informatie.
Verminder de DC-ingangsspanning,
controleer of de accuspanning correct
is en of de accubank correct is
aangesloten. Controleer ook of er
misschien defecte of verkeerde laders
zijn of apparatuur met een defecte
laadregelaar.
De omvormer wordt automatisch
geactiveerd wanneer de accuspanning
tot een acceptabel niveau is gedaald.
Raadpleeg hoofdstuk
Beschermingen
en automatisch opnieuw
opgestart. [15]
voor meer informatie.
Bediening