Bedieningshandleiding
Veiligheidsvergrendeling
9.
Bijlage
9.1
Aansluitvoorbeelden
De getoonde toepassingsvoorbeelden zijn voorstellen. De gebruiker moet echter de schakeling en de geschiktheid van het product voor de
specifieke toepassing controleren.
Aansluitvoorbeeld 1: serieschakeling van de AZM 200 met conventionele diagnose-uitgang
Meerdere veiligheidsvergrendelingen AZM 200 kunnen in serie geschakeld worden in de schakelkast of in verdeeldozen ter plaatse.
In het voorbeeld zijn 2 veiligheidsvergrendelingen AZM 200 (max. 31 toestellen) in serie geschakeld. De diagnose-uitgang ("OUT") en de
magneetaansturing ("IN") zijn per component gescheiden met een courante PLC verbonden voor de evaluatie of aansturing. De maximale
kabellengte van het veiligheidsstroomcircuit mag 200 m niet overschrijden.
Bij de serieschakeling moet de brug 24V-X1-X2 tot aan de laatste component uit alle componenten verwijderd worden.
De spanning wordt in de beide veiligheidsingangen van de laatste veiligheidscomponent van de ketting (gezien vanaf de veiligheidsmodule)
gevoed. De veiligheidsuitgangen van de eerste veiligheidscomponent worden op de veiligheidsmodule aangesloten.
5 6
2
1
3
7
4
8
Y1
Y2
24 VDC
GND
n-deelnemers: max. 31 componenten in serie
Aansluitvoorbeeld 2: serieschakeling AZM 200 met seriële diagnosefunctie
De veiligheidsuitgangen van de eerste veiligheidscomponent worden op de veiligheidsmodule aangesloten. De seriële Diagnose Gateway wordt met
de seriële diagnose-ingang van de eerste veiligheidscomponent verbonden.
5
2
6
1
3
7
4
8
SD IN
Y1
Y2
24 VDC
GND
n-deelnemers: max. 31 componenten in serie
8
5 6
2
1
3
SPS/PLC
X1
X2
5
2
6
1
SD OUT
X1
X2
7
4
8
SPS/PLC
Y1
Y2
3
7
4
8
SD IN
Y1
Y2
NL
Veiligheidsuitgangen→Veiligheidsmodule
Fieldbus
Veiligheidsuitgangen→Veiligheidsmodule
AZM 200