Bedieningshandleiding
Veiligheidsvergrendeling
6.
Diagnosefuncties
6.1
Diagnose-LED's
Via een driekleurige LED aan de voorkant van het toestel worden status
maar ook storingen van de veiligheidsvergrendeling weergegeven.
groen
Voedingsspanning aanwezig
rood
Fout (zie tabel: impulscodes rode diagnose-LED)
geel
Bedrijfstoestand
6.2
Veiligheidsvergrendeling met conventionele diagnose-uitgang
De kortsluitvaste diagnose-uitgang kan voor centrale visualisatie- of
besturingstaken gebruikt worden, bijvoorbeeld in een PLC.
De diagnose-uitgang is geen veiligheidsrelevante uitgang!
Afhankelijk van de gekozen apparaatversie, worden de volgende
diagnosesignalen verstuurd:
1P2P-variant:
OUT
beschermvoorziening gesloten
1P2PW-variant:
OUT
gecombineerd diagnosesignaal:
beschermvoorziening gesloten en veiligheidsvergrendeling
vergrendeld
Fout
Storingen, waardoor de werking van de AZM 200
veiligheidsvergrendeling niet langer gewaarborgd is (interne storingen),
leiden tot het uitschakelen van de veiligheidsuitgangne. Een storing die
de veilige werking van de veiligheidsvergrendeling niet onmiddellijk in
gevaar brengt, leidt tot een vertraagde uitschakeling (zie tabel 2).
Na het opheffen van de fout (fout aan uitgang Y1 of Y2,
temperatuurfout) wordt de foutmelding gereset door de bijbehorende
veiligheidsdeur te openen en weer te sluiten. De veiligheidsuitgangen
worden ingeschakeld en geven de installatie opnieuw vrij. Een keten
van veiligheidsvergrendelingen moet continu "vergrendeld" zijn om
opnieuw ingeschakeld te worden.
Wordt meer dan een fout aan de veiligheidsuitgangen of een
dwarssluiting tussen Y1 en Y2 gedetecteerd, dan vergrendelt
de veiligheidsvergrendeling elektronisch en kunnen de fouten
niet meer op een normale manier worden gereset. Om deze
vergrendeling te resetten, moet de veiligheidsvergrendelingl
na het opheffen van de foutoorzaken eenmaal van de
voedingsspanning gescheiden worden.
Foutwaarschuwing
Er heeft zich een storing voorgedaan, waardoor de veiligheidsuitgangen
na 30 minuten uitgeschakeld worden. De veiligheidsuitgangen blijven
in eerste instantie ingeschakeld. Hierdoor kan het proces op een
gecontroleerde manier stopgezet worden. Een foutwaarschuwing wordt
in de slave verwijderd als de fout-oorzaak weggenomen wordt.
Gedrag diagnose-uitgang W-variant
(voorbeeld: ruststroommodel)
Ingangssignaal magneetaansturing
IN
Normale afloop, deur werd vergrendeld
OUT
Deur kon niet vergrendeld worden of storing
OUT
Legende
Deur geopend
Otgrendeling van de deur
Vergrendeltijd: 150 ... 250 ms,
typisch 200 ms
Evaluatie diagnose-uitgang W-variant
SPS
AZM 200
A1.0
IN
E1.0
OUT
Ruststroom: IN = 0 = vergrendelen
A1.0
Deur kan vergrendeld worden
&
M1.0
E1.0
A1.0
&
Deur is vergrendeld
M2.0
E1.0
Arbeidsstroom: IN = 1 = vergrendelen
A1.0
&
Deur kan vergrendeld worden
M1.0
E1.0
A1.0
&
Deur is vergrendeld
M2.0
E1.0
Tabel 1: de diagnosefunctie van de veiligheidsvergrendeling AZM 200
NL
AZM 200
Deur gesloten
Deur vergrendeld
Deur niet vergrendeld of fout
5