Inhoudsopgave
Advertenties
GalaXy 16/16plus V3.00
Installateurshandleiding
GalaXy 16 kunnen de karakters alleen uit
karakterreeks 1 worden geselecteerd. Bij het
invoeren van een naam kan een karakter niet
worden geselecteerd door het invoeren van een
2-cijferige code uit de karakterreeks, zoals dit bij
het invoeren van de zoneomschrijving wel gaat
(zie menuoptie 11 Tekst).
Wijzigen van een Gebruikercodenaam met
behulp van de Managercode:
Ga naar menuoptie 4 Codes en selecteer de
Gebruikercode, waarvan men de naam wil
wijzigen en bevestig met [ent].
Druk op de [A]-toets.
8.4.4.6 Instellen van codeattributen
Nr
Attribuut
1
Inschakelen
2
Uitschakelen
3
Deel 1 toegang
4
Deel 2 toegang
5
Deel 3 toegang
6
Overbruggen
7
Wijzig codes
8
Resetten (Alleen door
installateur te wijzigen)
9
Manager Authorise
(Alleen GalaXy 16plus)
10
Kijken geheugen
NOOT: Een zone met de functie Sleutel
wordt toegekend aan de attributen
van code 1, 2 of 3. Een zone met de
functie Sleutel, die is toegekend aan
één van deze codes kan de delen die
zijn toegekend aan deze codes in en
uitschakelen.
De zone met de functie Sleutel kan
ook de toegekende alarmen resetten.
27-7-1999 14:35-3
Omschrijving
De code schakelt volledig in met de [A]-toets
Alle delen worden ingeschakeld, onafhankelijk van de delen waar
deze code toegang tot heeft
De code schakelt het systeem volledig uit met de [ent]-toets
Alle delen worden uitgeschakeld, onafhankelijk van de delen waar
deze code toegang tot heeft
De code kan deel 1 in-/uitschakelen met de [B]-toets
De code kan deel 2 in-/uitschakelen met de [B]-toets.
De code kan deel 3 in-/uitschakelen met de [B]-toets.
De code kan overbrugbare zones overbruggen
De code kan codes, namen en code attributen programmeren
De code kan een alarm zoals is ingesteld in menuoptie 6.7
Parameters.Resets resetten.
De code kan de Manager Authorise [*]-functies activeren
De code kan in het gebeurtenisgeheugen kijken (menuoptie 9
Geheugen)
Tabel 8-4: Codeattributen
40
Met de [*]-toets kan het laatste karakter van de
ingevoerde naam worden verwijderd. Met de
[A]- en [B]-toets kan door de karakterreeks
gestapt worden. Bevestig de gewenste karakter
door [ent].
Als de Gebruikercodenaam volledig is
ingevoerd, drukt men [esc] om de invoer te
bevestigen.
Menuoptie 4: Codes
Standaardinstelling
Ingeschakeld
Ingeschakeld
Ingeschakeld
Ingeschakeld
Ingeschakeld
Ingeschakeld
Uitgeschakeld
(Manager ingeschakeld)
Ingeschakeld
Uitgeschakeld
(Manager ingeschakeld)
Ingeschakeld
Advertenties
Inhoudsopgave
