7. ONDERHOUD:
7.1 Algemeen:
Indien onderhoud aan de pomp wordt uitgevoerd, dient de spanning te worden
uitgeschakeld
Reinig de pomp goed.
7.2 Onderhoudsschema:
Na de eerste 100 bedrijfsuren:
- Controleer de toestand van de olie en het oliepeil (zie par.7.4).
- Indien de olie te veel water bevat, neem dan contact op met de leverancier.
Iedere 6 maanden of 1000 bedrijfsuren:
- Controleer de toestand van de olie en het oliepeil (zie par.7.4).
- Indien de olie te veel water bevat, neem dan contact op met de leverancier.
Ververs de olie ieder jaar of als deze niet meer schoon is (zie par. 7.5).
7.3 Smeermiddelen:
De lagers van de pomp zijn voor de gehele levensduur gesmeerd.
- Standaard wordt het oliereservoir gevuld met Shell Tellus 32.
(Viscositeit: 32 cST)
- indien een afwijkende oliesoort is gebruikt, dan wordt dit vermeld op een label.
7.4 Controle oliepeil:
De hoeveelheid olie dient gecontroleerd te worden met behulp van de oliepeilstok
welke is bevestigd aan de vuldop van olietank.
Het olieniveau dient zich tussen de merktekens op de peilstok te bevinden.
7.5 Olie verversen:
Opvang, opslag en afvoeren van olie dienen te gebeuren volgens de daarvoor
geldende wettelijke bepalingen en voorschriften.
Gebruik altijd het juiste type olie, zie par.7.3
De olie kan afgetapt worden door het losmaken van een van de onderste olieleidingen,
of door de speciale aftapleiding.
Om ook eventuele restanten weg te halen, adviseren wij u om het systeem door te
spoelen met nieuwe olie, voordat u het systeem afvult.
Landustrie versie 06-14 NL | gebruikershandleiding pompinstallatie BTP-SERIES
Wijzigingen voorbehouden
14 / 28