Hoofdstuk 7
4.
Koppel het netsnoer los.
5.
Als de printer is aangesloten op de computer, verwijdert u de USB-kabel uit de
computer.
6.
Zorg ervoor dat de printer altijd rechtop wordt vervoerd.
Wanneer u de printer vervoert, moet u de volgende items niet vergeten:
●
Papier
●
Netsnoer
●
Digitale camera of geheugenkaart met foto's
●
Extra inktcartridges (als u van plan bent veel foto's af te drukken)
●
Optionele printeraccessoires die u wilt gebruiken, zoals de batterij of de HP
Bluetooth-adapter voor draadloos afdrukken
●
Als u de printer op een computer wilt aansluiten, moet u ook de USB-kabel en de
cd met de HP Photosmart-printersoftware meenemen.
●
De gebruikershandleiding van de printer (het boek dat u momenteel leest)
36
Opmerking
Zorg ervoor dat printer op de juiste wijze wordt uitgeschakeld
voordat u het netsnoer loskoppelt. Op die manier kan de printer de
inktcartridge op de juiste manier opbergen.
Opmerking
Verwijder de inktcartridge niet uit de printer als u de printer
vervoert.
Opmerking
Als u de gebruikershandleiding niet meeneemt, moet u het
juiste inktcartridgenummer noteren of voldoende HP 110 Tri-color Inkjet
inktcartridges aanschaffen voordat u vertrekt.
HP Photosmart A510 series