Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Inbedrijfstellingsparameters Instellen; Hydraulica Ontluchten - Rotex HPSU compact V5 Onderhoudshandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

5.1.3 Inbedrijfstellingsparameters instellen

Voor de instelling van de inbedrijfstellingsparameters moet de
verwarmingsvakman in de regeling zijn ingelogd.
Login van vakman
Configuratie
Inbedrijfneming
Systeemconfiguratie
Inbedrijfneming
Taal
Datum
Inbedrijfneming
Keylock Function
Toegangsrechten
Type Buitentoestel
Toegangsrechten
Afb. 5-1
Vakmancode invoeren
Vereiste inbedrijfstellingsparameters instellen. Daarbij moet
de meegeleverde "Checklist voor inbedrijfstelling" in acht
worden genomen en worden ingevuld.
– Verklaring van de bedrijfsparameters, zie bedienings-
handleiding van de regeling.
– Instelwaarden in de overeenstemmende tabel in het
hoofdstuk "Aantekeningen" van de bedieningshandleiding
van de regeling invoeren.
Legionellabeveiliging (parameter [Anti-Legionella Dag])
activeren, indien nodig.
Bij een aangesloten buitentemperatuursensor RoCon OT1,
de parameter [Outside Config] op "Aan" instellen.
Overige inbedrijfstellingsparameters naargelang de installa-
tievereisten aan de regeling van de ROTEX HPSU compact
instellen.
FA ROTEX HPSU compact (V5) • 01/2016
Toegangsrechten
Toegangsrechten
Gebruiker
Toegangsrechten
Installateur
Toegangsrechten
Configuratie
Inbedrijfneming
Systeemconfiguratie
Systeemconfiguratie
Power DHW
BUH s1 power
Afb. 5-2
Instelling van de inbedrijfstellingsparameters

5.1.4 Hydraulica ontluchten

Als de boilertemperatuur onder bepaalde minimum-
waarden zakt, dan verhinderen de veiligheidsinstel-
lingen van de ROTEX HPSU compact de werking van
de warmtepomp bij lage buitentemperaturen:
– Buitentemperatuur < -2 °C, minimale boilertem-
peratuur = 30 °C
– Buitentemperatuur < 12 °C, minimale boilertem-
peratuur = 23 °C.
Zonder backup-heater:
Het boilerwater moet door een externe bijverwarmer tot
de vereiste minimale boilertemperatuur worden ver-
warmd.
Met aanjaagverwarmer (BUxx):
Bij een buitentemperatuur < 12 °C een boilertempe-
ratuur < 35 °C wordt de aanjaagverwarmer (BUxx) au-
tomatisch ingeschakeld om het boilerwater tot minstens
35 °C te verwarmen.
Om het verwarmen met de aanjaagverwarmer te
versnellen, tijdelijk de
– Parameter [Function Heating Rod] = "1" en
– Parameter [Power DHW] op de maximum-
waarde van de aanjaagverwarmer instellen.
– Draaischakelaar op de bedrijfsmodus
instellen en parameter [1x warmwater] op "Aan"
zetten. Na de succesvolle verwarming de para-
meter opnieuw op "Uit" instellen.
Verzekeren dat de kap van de automatiekontluchter (afb. 5-3,
pos. A) open is.
5
x
Inbedrijfstelling
Inbedrijfneming
Taal
Datum
43

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave