Inhoudsopgave
Advertenties
8022679/ZV26/2019-05-13 | SICK
Wijzigingen en correcties voorbehouden
De configuratie van de twee functieblokken voor de taktgenerator is afhankelijk van de
CPU-cyclustijd van het project. De basis-CPU-cyclustijd van een project met een FX3-
CPU0-module bedraagt 4 ms, kan echter hoger worden, als extra functieblokken of
andere FX3-CPUx-modulus worden gebruikt.
Configuratie-instructie:
De instellingen van het bovenste Clock generator-functieblok hoeven alleen te worden
geconfigureerd, als de CPU-cyclustijd van het projectbestand niet 4 ms bedraagt. Als de
cyclustijd van 4 ms afwijkt, moet de waarde van de klokperiode zo worden gewijzigd dat
de resulterende klokperiode 6 ms bedraagt. De waarden voor de meest gangbare
cyclustijden zijn weergegeven in de onderstaande tabel:
Tabel 12: Waarden voor gangbare cyclustijden
CPU-cyclustijd
4 ms
8 ms
12 ms
Bij het configureren van het onderste Clock generator-functieblok hoeft alleen de klokpe‐
riode te worden ingesteld. De resulterende klokperiode hangt af van de CPU-cyclustijd.
Als wijzigingen in de veiligheidsgerelateerde applicatiesoftware van invloed zijn op de
CPU-cyclustijd, moeten de instellingen voor dit functieblok overeenkomstig worden aan‐
gepast.
De resulterende taktperiode definieert de incrementen waarmee de minimale en maxi‐
male duur van de overbruggingsfunctie kan worden ingesteld en is daarom belangrijk
voor de berekening en configuratie van deze tijden.
In de berekeningsformules van de volgende twee netwerken wordt de cyclustijd van dit
Clock generator-functieblok T
ongeveer 100 ms in te stellen.
Waarde voor de taktperiode-instelling
1.500
750
500
genoemd. Aanbevolen wordt om de cyclustijd op
clock period
G E B R U I K S A A N W I J Z I N G | Safe Entry Exit
7
CONFIGURATIE
33
Advertenties
Inhoudsopgave
