Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Veilige Toestand - SICK Safe Entry Exit Flexi soft Series Gebruiksaanwijzing

Inhoudsopgave

Advertenties

2
VOOR UW VEILIGHEID
2.4

Veilige toestand

10
G E B R U I K S A A N W I J Z I N G | Safe Entry Exit
Bediening en onderhoud
Voor bediening en onderhoud geldt een persoon als bevoegd als deze vakkennis en
ervaring heeft op het betreffende gebied en vertrouwd is met het gebruik van het veilig‐
heidssysteem op de machine en door de machineoperator is geïnstrueerd in de bedie‐
ning.
In de veilige toestand bevinden zich geparametreerde veilige schakeloutputs in de UIT-
toestand. De veilige toestand wordt in de volgende situaties ingenomen:
Overbruggingsfunctie wordt niet correct afgesloten omdat het te detecteren object
te kort of te lang is.
Overbruggingsfunctie wordt niet correct geïnitieerd.
Afwijking van vooraf ingestelde timing herkend.
Afwijking van vooraf ingestelde sequentie herkend.
Bij actieve overbruggingsfunctie: verbinding tussen centrale controller en de veilig‐
heidscontroller wordt onderbroken.
Bij inactieve overbruggingsfunctie: verbinding tussen centrale controller en het
contactloze veiligheidssysteem type 4 wordt onderbroken.
Bij inactieve overbruggingsfunctie: contactloos veiligheidssysteem type 4 detec‐
teert een object.
Voeding van centrale controller of het contactloze veiligheidssysteem type 4 of de
veiligheidscontroller wordt onderbroken.
Interne fout van contactloos veiligheidssysteem type 4 herkend.
Interne fout van de veiligheidscontroller of een van de componenten herkend.
Fabrikant en gebruiker van de machine moeten ervoor zorgen dat de veilige schakelout‐
puts adequaat geanalyseerd worden en het risico wordt geëlimineerd als het veilig‐
heidssysteem de veilige toestand aanneemt.
8022679/ZV26/2019-05-13 | SICK
Wijzigingen en correcties voorbehouden

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave