2.5.
Bediening van uw toestel
2.5.1. Manueel (ON/OFF)
Druk gelijktijdig op de UP‐ en + toetsen tot er ON
verschijnt op het LCD scherm. Samen met ON
verschijnen ook FLAME en 1 vlammetje op het scherm.
De waakvlam van uw toestel zal nu automatisch
ontstoken worden: gedurende maximaal 60 seconden
zullen vonken overslaan tussen de ontstekingskaars en
de waakvlam. Van zodra er een vlam gedetecteerd
wordt stopt het vonken. Enkele seconden later zal nu
ook de hoofdbrander in kleinstand ontsteken.
OPGELET: Het kan zijn dat zich bij een nieuwe installatie lucht op de gasleiding bevindt en dat er in de tijdsspanne van
60 seconden geen vlam wordt gedetecteerd. Het toestel slaat dan in veiligheid (rode storings‐LED op de ontvanger licht
op) en moet 'gereset' worden. Druk hiervoor op OFF op de afstandsbediening of op RESET op de ontvanger.
Om opnieuw te ontsteken: vanuit de OFF‐modus de UP‐ en + toetsen indrukken tot er ON verschijnt. Deze procedure
herhalen tot er een vlam wordt gedetecteerd.
Eénmaal de waakvlam ontstoken is en de hoofdbrander in kleinstand staat kunnen door middel van de UP‐ en DOWN‐
•
toetsen en FAN
de volgende functies worden bediend:
Vlamhoogte : UP indrukken = grote vlam ‐‐> HI FLAME + 2 vlammetjes zichtbaar op het LCD scherm
DOWN indrukken = kleine vlam ‐‐> FLAME + 1 vlammetje zichtbaar op het LCD scherm
Stand van de ventilator
scherm afhankelijk van de gekozen snelheid ‐‐> zolang de ventilator effectief blaast is er ook een
ventilatorsymbool zichtbaar op het LCD scherm.
Om het toestel opnieuw uit te schakelen drukt u op OFF (OFF verschijnt op het scherm). De waakvlam zowel als de
hoofdbrander zullen doven en de zender is gedurende 20 seconden geblokkeerd om de reset cyclus af te werken
(countdown zichtbaar op het scherm). Na het doven van het toestel blijft de ventilator (indien aanwezig) nog zo'n 15
minuten nablazen, tot de restwarmte volledig benut is.
2.5.2. Thermostatisch (ON/OFF gekoppeld aan thermostaat)
Wanneer de zender in THERMO‐modus wordt geplaatst zal uw toestel ontsteken/doven afhankelijk van de gewenste
omgevingstemperatuur (rond de zender).
OPMERKING:
Om veelvuldig ontsteken/doven van uw toestel te
voorkomen zal er slechts om de twee minuten een
temperatuursmeting plaatsvinden.
•
enkel bij toestellen voorzien van een ventilator
•
: meermaals FAN indrukken ‐‐> LOW FAN, MED FAN of HI FAN zichtbaar op het LCD
1. Vanuit de OFF‐stand drukt u lang op MODE tot
THERMO verschijnt op het LCD scherm.
2. Stel de gewenste temperatuur in d.m.v. de +/‐
toetsen (minimum 6°C, maximum 32°C). De
zender zal om de twee minuten een
temperatuursmeting doen en vervolgens uw
toestel aan/uitschakelen (afhankelijk van de
door u ingevoerde SET‐temperatuur). De
vlamhoogte kan ingesteld worden met de
toetsen UP & DOWN).
3. Voor toestellen uitgerust met ventilator kan
men door middel van de FAN‐toets de
snelheid wijzigen (LOW/MED/HI). Hier geldt
eveneens
dat,
zolang
bedrijfsmodus veranderd wordt, de ventilator
in de laatst ingestelde stand zal blijven
functioneren.
er
niet
van
11