De meeste impulslasprogramma's zijn synergisch.
Naarmate de draadaanvoersnelheid wordt bijgesteld,
®
zal de POWER WAVE
S350/S500CE automatisch
de golfvormparameters herberekenen om gelijksoortige
boogeigenschappen te handhaven.
®
De POWER WAVE
S350/S500CE gebruiken
"adaptieve regeling" om de wijzigingen in de elektrische
toorts-uit tijdens het lassen te compenseren (elektrische
toorts-uit is de afstand van de contacttip tot het
werkstuk).
De golfvormen van de POWER WAVE
worden geoptimaliseerd voor een 19mm toorts-uit.
Het adaptieve gedrag ondersteunt een bereik van
toorts-uit van 13 tot 32mm. Bij erg lage of hoge
draadaanvoersnelheden kan het adaptieve bereik
minder zijn vanwege het bereiken van de fysieke
grenzen van het lasproces.
UltimArc™ Control stelt de focus of de vorm van de
boog bij. UltimArc™ Control is afstelbaar van -10,0
tot +10,0 – met een nominale instelling van 0,0.
Het verhogen van de UltimArc™ Control verhoogt
de impulsfrequentie en de achtergrondstroom terwijl de
piekstroom wordt verlaagd. Dit resulteert in een strakke,
stijve boog die wordt gebruikt voor metaallassen op
hoge snelheid. Het verlagen van de UltimArc™ Control
verlaagt de impulsfrequentie en de achtergrondstroom
terwijl de piekstroom wordt verhoogd. Dit resulteert in
een zachte boog die goed is voor op de plaats lassen
(zie de afbeelding hieronder).
1
1. UltimArc™ Control -10,0: Lage frequentie, breed.
2. UltimArc™ Control UIT: Medium frequentie en
breedte.
3. UltimArc™ Control +10,0: hoge frequentie, gefocust.
Onderhoud
WAARSCHUWING
Voor reparaties, modificaties of onderhoud raden wij
u aan contact op te nemen met het dichtstbijzijnde
Technisch Service Center of met Lincoln Electric.
Bij reparaties of modificaties die zijn uitgevoerd door
een niet erkend bedrijf, of door ondeskundig personeel,
vervalt de garantie.
Elke waarneembare schade moet onmiddellijk gemeld
en gerepareerd worden.
Nederlands
®
S350/S500CE
2
3
Dagelijks onderhoud
Controleer de staat van de isolatie en de
aansluitingen van de werkstukdraden en e isolatie
van de voedingskabel. Als er sprake is van enige
schade aan de isolatie, vervang de draad dan
meteen.
Verwijder lasspatten uit de gascup van
het laspistool. Lasspatten kunnen de gasstroom
van het beschermgas beïnvloeden.
Controleer de staat van het laspistool
en vervang deze indien nodig.
Controleer de werking van de koelventilator van
de machine. Zorg ervoor dat de ventilatieopeningen
van de machine schoon zijn en er voldoende ruimte
is voor een vrije luchtstroom.
Periodiek onderhoud (elke 200 werkuren maar niet
minder dan 1 keer per jaar)
Voer het dagelijks onderhoud uit, voer
daarnaast de volgende werkzaamheden uit:
Maak de machine schoon. Blaas de buitenkant
en de binnenkant schoon met schone, droge
perslucht (met een lage druk).
Reinig en draai alle lasklemmen aan, als dit nodig is.
Het onderhoudsinterval kan variëren en is afhankelijk
van verschillende factoren in de werkomgeving waarin
deze machine geplaatst is.
Raak geen onder spanning staande delen aan.
Voordat de kast van de lasmachine wordt verwijderd,
moest de lasmachine worden uitgezet en moest de
voedingskabel worden ontkoppeld van het stopcontact
voor de netvoeding.
De primaire netvoeding moet voor elek onderhoud
of servicebeurt uitgeschakeld worden. Controleer
de veiligheid van de machine na iedere reparatie.
8
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
Nederlands