In de bedrijfsstand "auto" bepaalt de warmtepomp op
basis van de gemiddelde buitentemperatuur wanneer
de bijverwarming en warmteproductie mogen starten
en stoppen. Als de koeloptie aanwezig is of als de
warmtepomp een geïntegreerde koelfunctie heeft, kunt
u ook de starttemperatuur voor het koelen kiezen.
Selecteer de gemiddelde buitentemperaturen in dit
menu.
Het 'balanspunt' specificeert de buitentemperatuur
waarbij de installatie zonder de hulp van bijverwarming
naar verwachting aan alle behoeften voldoet.
U kunt ook de tijd instellen waarvoor (filtertijd) de gemid-
delde temperatuur wordt berekend. Indien u 0 selecteert,
wordt de huidige buitentemperatuur gebruikt.
LET OP!
Kan niet hoger worden ingesteld dan "stop bij-
verwarming" hoger dan "stop verwarming".
LET OP!
In systemen waarin verwarmen en koelen via
dezelfde leidingen worden verzorgd, kan "stop
verwarming" op max. "start koeling" worden
ingesteld als er geen koel-/verwarmingssensor
is.
Menu 4.9.3 - instelling graadminuten
actuele waarde
Instelbereik: -3000 – 3000
start compressor
Instelbereik: -1000 – -30
Standaardwaarde: -60
start diff. bijverwarming
Instelbereik: 100 – 1000
Fabrieksinstelling: 400
verschil bijverw.stappen
Instelbereik: 0 – 1000
Fabrieksinstelling: 100
Graadminuten zijn een meting van de huidige warmte-
vraag in de woning en bepalen wanneer de compressor
of de bijverwarming wordt gestart/gestopt.
LET OP!
Een hogere waarde voor "start compressor"
zorgt voor meer compressorstarts waardoor de
compressor sneller slijt. Te lage waarden hebben
schommelende ruimtetemperaturen tot gevolg.
Menu 4.9.4 - fabrieksinstelling gebruiker
Alle instellingen die beschikbaar zijn voor de gebruiker
(inclusief geavanceerde menu's) kunnen hier worden
gereset naar de standaardwaarden.
28
Hoofdstuk 3 |
Regeling - Menu's
LET OP!
Na fabrieksinstelling moeten persoonlijke instel-
lingen, zoals stooklijnen, opnieuw worden inge-
steld.
Menu 4.9.5 - blokk. programm.
De compressor kan
hier worden gepro-
grammeerd om
schema 1
maximaal twee ver-
schillende perioden
te worden geblok-
alle
maa
keerd.
dins
Wanneer program-
wo
don
ma actief is, wordt
vri
het actuele blok-
zat
keersymbool in het
zon
hoofdmenu op het
warmtepompsym-
Dag
bool weergegeven.
Programmering: Hier kunt u de te wijzigen periode se-
lecteren.
Geactiveerd: Hier activeert u het programma voor de
geselecteerde periode. Insteltijden worden niet beïn-
vloed door een deactivering.
Dag: Selecteer hier op welke dag(en) van de week het
programma van toepassing is. Om het programma voor
een bepaalde dag te verwijderen, moet de tijd voor die
dag worden gereset door de starttijd en stoptijd hetzelf-
de in te stellen. Indien de regel "allemaal" wordt ge-
bruikt, worden alle dagen van de periode ingesteld op
deze tijden.
Periode: U kunt hier de start- en stoptijd voor de gese-
lecteerde dag van het programma selecteren.
Blokkering: Hier kunt u de gewenste blokkering selec-
teren.
Conflict: Indien twee instellingen botsen, wordt er een
rood uitroepteken weergegeven.
Compressor blokkeren.
Bijverwarming blokkeren.
TIP
Als u voor elke dag van de week hetzelfde pro-
gramma wilt instellen, vult u eerst "alle" in en
wijzigt u daarna de gewenste dagen.
TIP
Stel de stoptijd vroeger in dan de starttijd, zodat
de periode zich uitstrekt tot na middernacht.
De regeling stopt dan de dag erna op de inge-
stelde stoptijd.
Het programma start altijd op de datum waar-
voor de starttijd is ingesteld.
programmering
Ingeschakeld
blokk. programm.4.9.5
schema 2
geactiveerd
Periode
Blokkering
NIBE F1355
Conflict