SV63136-NL Rev. B
Leesgebied definiëren
1. Als het toevoerstation erom vraagt, meet dan de afstand (A) tussen de
bovenzijde van het document en het punt na het bedrukte deel waar het
toevoerstation moet STARTEN met scannen.
2. Als het toevoerstation erom vraagt, meet dan de afstand (B) tussen het
zojuist ingestelde startpunt en het punt waar het toevoerstation moet
STOPPEN met scannen. Dit wordt het leesgebied genoemd.
OPMERKINGEN:
•
Als u het leesgebied dichter bij het begin en einde van de OMR-markeringen
instelt, verhoogt u het risico van slecht gedrukte tekst of andere onvolkomenheden
op het materiaal die worden geïnterpreteerd als markeringen.
•
Anderzijds kan instelling van het leesgebied te dicht bij het begin en het einde van
de markeringen leiden tot problemen wanneer de positie (registratie) van gedrukte
tekst op het materiaal varieert.
•
Een goede richtlijn is het leesgebied beperkt te houden, maar vóór en na de
markeringen altijd een ruimte van ten minste 9 mm aan te houden.
BOVENZIJDE
VAN DOCUMENT
A
B
Scannen • 4
Het grijze gedeelte
geeft het bedrukte
gedeelte van het
materiaal aan
4-11