Maritieme modus: geavanceerde configuratie
• Kompaslijn: hier geeft u de huidige koers weer. Tijdens het navigeren
wordt een indicatie van de peiling voor de gewenste koers weergegeven.
Wanneer u van de koers afwijkt, wordt de afstand tussen uw huidige koers
en de gecorrigeerde koers (de te volgen koers) met een oranje arcering
weergegeven op de kompaslijn.
Peiling-
indicator
Kompaslijn – van koers
Kompaslijn – op koers
48
Kaartweergave: hier kunt u de weergave van de waterkaart aanpassen.
• Oriëntatie: hier kunt u het perspectief van de kaart wijzigen:
◦ Noord boven: de bovenkant van de kaart is het noorden.
◦ Koers boven: de bovenkant van de kaart wordt gebaseerd op uw
huidige GPS-koers. De koerslijn wordt op het scherm verticaal
weergegeven. Als het toestel op een NMEA 0183-koerssensor is
aangesloten, is de oriëntatie van de kaart altijd gebaseerd op de
GPS-koers (koers over de grond), maar draait het pictogram van de
Koers-
boot in overeenstemming met de magnetische koers van de sensor.
indicator
◦ Koers boven: de kaart wordt zodanig geplaatst dat de
navigatierichting altijd naar boven is gericht.
• Detail: de gewenste hoeveelheid details op de kaart aangegeven.
• Koerslijn: de boeglijn wordt doorgetrokken in uw reisrichting.
◦ Uit: de koerslijn uitschakelen.
◦ Afstand: de afstand tot het einde van de koerslijn opgeven.
◦ Tijd: de benodigde tijd opgeven voor het bereiken van het einde van
de koerslijn.
GPSMAP 620 en GPSMAP 640 - Gebruikershandleiding