DSC-informatie gebruiken
Als u DSC-noodoproepen en -positiemeldingen wilt wijzigen of op
een oproep of melding wilt reageren, selecteert u een noodoproep of
positiemelding in de DSC-lijst.
• Wijzig: een naam aan de DSC-oproep of -melding toevoegen, zodat u het
schip aan het MMSI-nummer kunt herkennen.
• Navigeren naar: de geselecteerde DSC-oproep of -positiemelding als
navigatiebestemming instellen. Zie
het navigeren naar een bestemming.
• Aanmaken waypoint: een waypoint markeren op de positie van de
geselecteerde DSC-oproep of -melding. Zie
informatie over waypoints.
• Rapport wissen: de geselecteerde DSC-oproep of -melding wissen.
Een DSC-contactpersoon toevoegen
U kunt een schip als DSC-contactpersoon aan de DSC-lijst toevoegen.
1. Selecteer in het startscherm
Informatie
Voeg contact
toe.
2. Voer het MMSI-nummer (Maritime Mobile Service Identity) van het schip in.
3. Tik op OK.
4. Voer de naam van het schip in.
5. Tik op OK.
GPSMAP 620 en GPSMAP 640 - Gebruikershandleiding
pagina 13
voor meer informatie over
pagina 21
voor meer
>
Overige schepen
>
DSC-lijst
Maritieme modus: informatie over andere schepen beheren
Alle ontvangen DSC-informatie verwijderen
Tik in het startscherm op
Informatie
Menu
>
Alles wissen
om de lijst met alle ontvangen DSC-noodoproepen en
-positiemeldingen te verwijderen.
Inkomende noodoproepen
Als uw Garmin-kaartplotter en marifoon via NMEA 0183 zijn verbonden,
ontvangt u een waarschuwing van de kaartplotter wanneer er een DSC-
noodoproep over de marifoon wordt ontvangen. Als er positiegegevens zijn
verzonden bij de noodoproep, wordt die informatie tegelijk met de oproep
opgenomen en beschikbaar gesteld.
Naar een schip in nood navigeren
Het symbool
geeft een noodoproep in de DSC-lijst aan en markeert
de positie van een schip op de waterkaart op het moment dat de DSC-
noodoproep werd verzonden.
>
>
Overige schepen
>
DSC-lijst
>
35