2
Stel het compensatiebereik in met
Het compensatiebereik kan worden
ingesteld in stappen van 1/3 van -2 tot
en met +2. Op het moment van de
opname staat de belichting in het midden. Als de belichting
(p. 41)
al is afgesteld, kan de instelling worden uitgevoerd
met de afgestelde waarde als middelpunt.
Annuleren van de AEB-modus: Selecteer
De AEB-modus kan niet worden gebruikt bij flitsen. Er wordt
slechts één opname met standaardbelichting vastgelegd.
Werken met het ND-filter
Opnamemodus
Het ND-filter reduceert de lichtintensiteit tot 1/8 (3 stappen) van het
huidige niveau, waardoor langere sluitertijden en kleinere
diafragmawaarden worden ingesteld.
Gebruik in deze modus altijd een statief om bewegingen van
de camera te voorkomen.
1
Menu FUNC.
* (ND filter Uit)/
Raadpleeg Menu's en instellingen
* Standaardinstelling.
(ND filter)
(ND filter Aan).
(p.
24).
of
(BKT-Uit) in stap 1.
.
71