A
Het apparaat is ontwikkeld om non-invasieve druk te meten van
systolische en diastolische bloeddruk, polsslag en polsdruk voor
personen van 12 jaar en ouder.
Het apparaat gebruikt de oscillometrische meetmethode voor
bloeddruk en polsmetingen.
DE-4
Voorgeschreven gebruik
Veiligheidsinstructie
1. Belangrijke patiënten informatie
•
Het apparaat mag uitsluitend worden gebruikt op de pols en
niet op andere ledematen.
•
Bloeddruk meten bij kinderen vereist specialistische kennis.
Dit dient dan ook door een arts te gebeuren als u de bloed-
druk van een kind wilt meten. Onder geen beding mag het
apparaat gebruikt worden bij een baby.
•
Tijdens zwangerschap en in het geval van pre-eclampsia mag
het apparaat uitsluitend gebruikt worden na consultatie van
een arts.
•
Plaats het manchet nooit over een kritische plek als b.v. een
wond, aneurysma etc. of op een arm met een arterieveneu-
ze shunt, dit geeft kans op verwondingen! Elke toediening via
een intravasculair toegang (infusie) of andere medische ap-
paraat kan mogelijk onderbroken worden.
•
Gebruik het apparaat niet voor u een arts heeft geraadpleegd
als u onder dialysebehandeling staat, een stollingsremmer,
bloedplaatjesaggregatieremmers of steroiden gebruikt. Deze
omstandigheden kunnen interne bloedingen veroorzaken.
•
Het apparaat is geen instrument voor diagnose van atriumfi-
brilleren. Het toont alleen de mogelijkheid op aanwezigheid
hiervan aan. Als het display een hartritmestoornis vertoont
(zie bladzijde 19), is het essentieel dit met uw arts te bespre-
ken.
•
De display van de polsfrequentie is niet geschikt om de fre-
quentie van pacemakers te controleren. Pacemakers en
bloeddrukmeters beinvloeden elkaar niet in hun werking.
•
Het apparaat is niet geschikt voor gebruik met chirurgieap-
paratuur.
B
DE-5