9
|
Elektrische installatie
Uitgebreide handleiding voor de installateur
98
Onderdeel
Warmtepompconvector
Afstandbuitensensor
Afstandsbinnensensor
Beschrijving
Er zijn verschillende controllers en
opstellingen mogelijk voor de
warmtepompconvectoren.
Afhankelijk van de opstelling moet u ook een
relais plaatsen (ter plaatse te voorzien, zie
bijlageboek voor optionele uitrustingen).
Voor meer informatie, zie:
▪
Installatiehandleiding
warmtepompconvectoren
▪
Installatiehandleiding van de opties voor de
warmtepompconvectoren
▪
Bijlageboek met optionele uitrustingen en
apparatuur
Draden: 0,75 mm²
Maximale stroomsterkte: 100 mA
Voor de primaire zone:
▪
[2.9] Bediening
▪
[2.A] Thermostaattype
Voor de secundaire zone:
▪
[3.A] Thermostaattype
▪
[3.9] (alleen-lezen) Bediening
Zie:
▪
Installatiehandleiding
afstandbuitensensor
▪
Bijlageboek met optionele uitrustingen en
apparatuur
Draden: 2×0,75 mm²
[9.B.1]=1 (Buitensensor = Buitenunit)
[9.B.2] Afwijk. buitensensor
[9.B.3] Gemiddelde tijd
Zie:
▪
Installatiehandleiding
afstandsbinnensensor
▪
Bijlageboek met optionele uitrustingen en
apparatuur
Draden: 2×0,75 mm²
[9.B.1]=2 (Buitensensor = Kamer)
[1.7] Afwijk. kamersensor
van
de
van
de
van
de
EBLA09~16DA + EDLA09~16DA
Daikin Altherma 3 M
4P620241-1 – 2020.06