De printerinstellingen klonen
Met klonen kunt u uw huidige printerinstellingen in een bestand opslaan voor gebruik als back-up en
herstelbestand voor uw printer. U kunt een kloonbestand ook gebruiken om uw printerinstellingen naar
andere printers te kopiëren.
De instellingen van de printer klonen naar een andere printer:
1.
Open een webbrowser op uw computer, typ het IP-adres van de printer in het adresveld en druk dan op
Enter of Return.
2.
In CentreWare Internet Services klikt u op Eigenschappen.
3.
Om het menu uit te vouwen, klikt u op het plus-symbool (+) naast de map Algemene instellingen in
het deelvenster Eigenschappen.
4.
Klik op Klonen.
5.
Om de instellingen van deze printer te klonen, selecteert u Printerinstellingen.
6.
Om het wachtwoord voor de bestemmingsprinter te gebruiken, selecteert u Wachtwoord van printer
gebruiken onder IP-adres van bestemmingsprinter invoeren.
7.
Voer in het veld IP-adres het IP-adres van de bestemmingsprinter in.
8.
Als u Wachtwoord van printer gebruiken hebt geselecteerd, voert u in het veld Wachtwoord het
wachtwoord voor de bestemmingsprinter in.
9.
Klik op Geselecteerde instellingen klonen.
E-mailwaarschuwingen configureren
1.
Klik in het menu Algemene instellingen op Waarsch. e-mail.
2.
Als u wilt dat de printer e-mailwaarschuwingen verstuurt, selecteert u Waarsch. e-mail inschakelen.
3.
Als u e-mailwaarschuwingen naar de systeembeheerder van de printer wilt laten sturen, voert u naast
het E-mailadres systeembeheerder een geldig adres voor de systeembeheerder in.
4.
Als u e-mailwaarschuwingen naar een servicemedewerker wilt laten sturen, voert u naast E-mailadres
service een geldig e-mailadres voor de servicemedewerker in.
5.
Selecteer onder Berichtgevingsitems de items waarvoor een e-mailwaarschuwing gegenereerd moet
worden voor de systeembeheerder of de servicemedewerker.
6.
Klik op Wijzigingen opslaan.
7.
Naast Instelling verbinding klikt u op E-mailinstellingen.
a.
Voer het e-mailadres Van: voor de printer in.
b.
Voer naast SMTP-server het IP-adres of de DNS-naam van de SMTP-server in, waarmee de
printer is verbonden.
Als u het IP-adres of de DNS-naam van de SMTP-server niet weet, klikt u op SMTP-server
autom. herkennen.
Opmerking:
Voordat u op SMTP-server autom. herkennen klikt, klikt u op Wijzigingen opslaan om
uw ingevoerde gegevens op te slaan.
c.
Voer naast SMTP-poort het poortnummer voor de SMTP-server in.
d.
Als verificatie vereist is voor de SMTP-server, selecteert u Verificatiemethode en voert u de
SMTP-aanmeldingsnaam en de SMTP-toegangscode in de desbetreffende velden in.
e.
Klik op Wijzigingen opslaan.
Installatie en instellingen
Phaser 6600-kleurenprinter
Handleiding voor de gebruiker
45