GEBRUIKERSHANDLEIDING
1. ALGMENE SYSTEEMBEDIENING
1.3 DIVERSE INSCHAKELMETHODES
Afwezig mode
Bij Afwezig inschakelen zijn alle interieur- en dichte zones actief. Als bewegingen worden waargenomen in de
interieurzones of als een van de dichte zones wordt verstoord, zal het alarm afgaan. Voer, voor inschakelen
Afwezig mode, uw toegangscode in, selecteer het (de) te beveiligen blok(ken) en verlaat het gebouw via de
daarvoor bestemde uitgang/ingang. Het systeem weet dat u het gebouw hebt verlaten. Wanneer de
uitloopvertraging afloopt, is het systeem ingeschakeld in de Afwezig mode.
Aanwezig mode
Met Aanwezig inschakelen, kunt u de dichte zones inschakelen terwijl enkele interieurzones inactief blijven
zodat u in het gebouw kunt blijven terwijl het systeem is ingeschakeld. Wanneer u uw toegangscode invoert
om het systeem in te schakelen en het gebouw niet verlaat via de daarvoor bestemde uitgang/ingang, zal het
systeem worden ingeschakeld in de Aanwezig mode waarbij de interieurzones automatisch worden
overbrugd.
De interieurzones kunnen te allen tijde weer worden ingeschakeld door [*] [1] in te voeren op een willekeurig
code bediendeel. Wanneer u de interieurzones opnieuw inschakelt, zorg er dan voor dat u alleen verblijft in
vertrekken zonder bewegingsdetectors. Indien u vertrekken beveiligd met bewegingsdetectors wilt
binnengaan, dient u uw toegangscode in te voeren om het systeem uit te schakelen.
Inschakelen zonder inloopvertraging
De inloopvertraging is de tijd waarin iemand een beveiligde ruimte kan binnenkomen zonder dat het alarm
afgaat zodat het systeem op het code bediendeel uitgeschakeld kan worden. Als u uw systeem wilt
inschakelen zonder inloopvertraging, druk op [*] [9] en voer vervolgens uw toegangscode in. Het lampje dat
aangeeft dat het systeem is ingeschakeld, zal opflitsen als waarschuwing dat het systeem ingeschakeld is
zonder inloopvertraging. Het systeem zal de interieurzones overbruggen. Bij binnenkomst in een vertraagde
zone gaat onmiddellijk het alarm af.
Snelle inschakeling
Wanneer de 'snelle inschakelfunctie' actief is, kan het systeem worden ingeschakeld door alleen op [*] [0] te
drukken in plaats van uw toegangscode in te voeren. Door op [*] [0] te drukken, kunt u het systeem alleen
inschakelen! Om het uit te schakelen, dient u een geldige toegangscode in te voeren. Uw installateur kan u
vertellen of de 'snelle inschakelfunctie' in uw systeem actief is.
1.4 UITSCHAKELEN
Verlaat het gebouw via een daarvoor bestemde uitgang/ingang. Als u het gebouw binnenkomt door een
daarvoor niet bestemde ingang gaat er onmiddellijk een alarm af. Zodra de uitgang/ingangsdeur wordt
geopend, laat het code bediendeel een pieptoon horen en begint de inloopvertraging. De inloopvertraging
geeft u tot 255 seconden om het systeem uit te schakelen. Vraag uw installateur naar de exacte inlooptijd.
Ga naar het code bediendeel en voer uw toegangscode in. Druk bij het invoeren van een foutieve code op
[#] en voer de code opnieuw in. Het 'Systeem aan' lampje en de code bediendeel zoemer zullen uitgaan.
Voordat de inloopvertraging afloopt, dient een geldige toegangscode te worden ingevoerd.
Indien een alarm afgaat terwijl het paneel ingeschakeld was, verschijnt het "Bekijk geheugen" bericht op het
display met de naam van de zone waarin het alarm is afgegaan. Deze berichten blijven twee minuten in beeld
of totdat [#] wordt ingedrukt. Het code bediendeel zal dan weer in neutraal gaan.
Technische en functionele specificaties kunnen zonder voorafgaande mededeling worden gewijzigd.
Rev. GEB.INB.EC6400V3.0.DSC.105TVE.V1.2.NL
Centraal Controle Paneel
EC 6400 V3.0
7
PC4020 versie 3.0