Aanwezigheidsmelder-opzetstuk 'standaard'
GIRA
Info
Gebruiksaanwijzing
Opsteekmasker
Het transparante opsteekkapje is ter be-
i
scherming van het lenssysteem op het ge-
leverde toestel gemonteerd.
Om het maximale detectiegebied te re-
aliseren, het kapj aftrekken.
Met het bijgeleverde opsteekmasker kunnen onge-
wenste detectiegebieden of storingsbronnen (zie
hfdst. Montage, storingsbronnen via inperking van het
detectiegebied worden uitgeschakeld.
De montage geschiedt door middel van opsteken van
het lenssysteem (afbeelding E).
Het afgerokken kapje uitsluitend langs de marke-
ringslijnen (afbeelding F) met een schaar uitknippen.
Instelling op de lichtsituatie van het bewaakte oppervlak
Opdat de aanwezigheidsmelder door de ingeschakel-
de verlichting niet weer wordt uitgeschakeld (helder-
heidswaarde overschreden), dient het toestel op de
momentele helderheid te worden afgeregeld.
Dit kan het best geschieden bij exact een verlichtings-
situatie, die als werkpleklichthelderheid minimaal ver-
eist is, d.w.z. bij ingeschakelde verlichting met zo
weinig mogelijk vals licht.
Procedure:
• Regelaar time op maximale tijd (30 min.) instellen
(afbeelding G).
• Regelaar lux op dagbedrijf (zon) zetten (afbeelding
G), LED moet uit zijn.
• Toestel via een beweging in het detectiegebied in-
schakelen.
Aanwezigheidsmelder-opzetstuk 'standaard'
Door het uitknippen verandert de diameter van het
detectiegebied op de vloer als volgt:
Gebieden I tot III zie afbeelding F.
Complete masker zonder
uitgeknipte vlakken,
gebied I:
Gebied II uitgeknipt:
Gebied II+III uitgeknipt: Ø ca. 6,00 m
Montage zonder masker: Ø ca. 8,00 m
De gegevens zijn gerelateerd aan een montagehoog-
te van ca. 2,50 m.
Sommige lampen, zoals b.v. fluorescentielampen,
hebben tijd nodig om de volle lichtsterkte te bereiken.
Daarom:
• Opwarmfase van de lampen in acht nemen.
3/07
Ø ca. 2,20 m
Ø ca. 4,00 m
Blz: 4 van 11