Koudemiddelrecycleapparatuur
GEBRUIKSAANWIJZINGEN
Voorbereiding voor gebruik
1) Verwijder het stikstofgas uit het systeem.
*
Elk nieuw systeem wordt bij atmosferische druk gevuld met stikstofgas om het apparaat tijdens vervoer te beschermen tegen beschadigingen.
Als de drukmeter een waarde boven 0 bar weergeeft, doe het volgende:
① Sluit het systeem aan op de juiste voeding.
② Verbind het filter met de aanzuigpoort.
(Zie pagina 8 ③ )
③ Sluit het kijkglas aan op de afvoerpoort.
④ Open de aanzuig- en afvoerklep.
2) Installatie van het systeem
Installeer het systeem conform de volgende instructies.
① Installeer het systeem binnen en op een vlak oppervlak.
② Vergrendel de voorwielen goed.
③ Houd minimaal 1 meter rondom het systeem vrij voor een veilige werking.
3) Voorbereiding van de cilinder
◆ Gloednieuwe cilinders bevatten stikstof.
Open de dampklep voor de stikstofuitblaas voordat u begint met het aftappen.
◆ Tap geen cilinders af die koudemiddel bevatten.
Het koudemiddel komt in de lucht terecht en de olie in de vacuümpomp wordt uitgeblazen.
Tap de cilinder af met een vacuümpomp (optionele accessoire).
① Gebruik een slang om de aanzuigpoort van de vacuümpomp
met de damppoort van de cilinder te verbinden.
② Schakel de vacuümpomp in.
③ Sluit de vloeistofpoort van de cilinder en open de
damppoort.
④ Sluit de damppoort van de cilinder wanneer de
vacuümpomp -0,95 bar (-0,095 MPa/-13,8 psi) tot -1,0 bar
(-0,1 MPa/-14,5 psi) bereikt.
⑤ Schakel de vacuümpomp uit.
⑥ Koppel de slang tussen de vacuümpomp en cilinder los.
4) Voorzorgsmaatregelen
① Bij een omgevingstemperatuur van minder dan 10°C moet het systeem eerst opwarmen voor gebruik. Raadpleeg pagina 16 voor
de opwarmingsprocedure. Gebruik het systeem nooit bij een omgevingstemperatuur van minder dan 5°C of meer dan 35°C.
② Het standaard meegeleverde filter, moet worden gemonteerd aan de aanzuigpoort voordat u het systeem bedient.
③ Gebruik het systeem nooit om de volgende koudemiddelen te recyclen:
・ De zuiverheidsklasse van het gerecyclede koudemiddel is te laag, wat kan leiden tot beschadiging van het systeem.
・ Koudemiddel afkomstig uit een systeem met een doorgebrande compressor.
・ Koudemiddel dat mogelijk met andere soorten koudemiddel is gemengd.
・ Koudemiddel met afdichtmiddel.
7
LET OP
Vloeistofpoort
Damppoort
Cilinder
(V1) aanzuigklep /
(V3) afvoerklep
OPENEN
Aanzuigpoort/
afvoerpoort
Verwijder
de dop
Aanzuigpoort
Vacuümpomp