De gevoeligheid van het klavier aanpassen (KEY TOUCH)
Stelt de gevoeligheid van het klavier in.
1.
Druk op de [KEY TOUCH]-knop.
Het KEY TOUCH-scherm verschijnt.
2.
Verplaats de cursor naar "Velo Curve" en gebruik het waardewiel om de
instelling te wijzigen.
Waarde
Uitleg
Hiermee wordt het klavier op een lichte gevoeligheid ingesteld. U kunt fortissimo
(ff ) spelen met een lichtere aanraking dan de MEDIUM-instelling. Het klavier voelt
LIGHT
dus lichter aan. Deze instelling maakt het kinderen gemakkelijker, die minder sterke
handen hebben.
MEDIUM
Hiermee wordt het klavier op de normale gevoeligheid ingesteld.
Hiermee wordt het klavier op een zware gevoeligheid ingesteld. U moet het klavier
krachtiger bespelen dan bij de MEDIUM-instelling om fortissimo (ff ) te spelen.
HEAVY
Het klavier voelt dus zwaarder aan. Dankzij deze instelling kunt u meer expressie
toevoegen wanneer u dynamisch speelt.
MEMO
U kunt ook meer gedetailleerde aanpassingen van de klaviergevoeligheid maken
of u kunt opgeven dat alle noten met een vast volume worden afgespeeld
ongeacht uw speeldynamiek op het klavier. Voor meer informatie raadpleegt u
"KEY TOUCH" in de systeeminstellingen (p. 16).
De toonhoogte met stappen van een halve toon veranderen
(Transpose)
1.
Houd de [TRANSPOSE]-knop
ingedrukt en druk op de OCTAVE
[DOWN]- of [UP]-knoppen.
Als een andere waarde dan "C" is
ingesteld, gaat de [TRANSPOSE]-knop
branden.
Als u de waarde wilt opnieuw instellen
op "C", houdt u de [TRANSPOSE]-knop
ingedrukt en drukt u tegelijk op de
OCTAVE [DOWN]- en [UP]-knoppen.
Waarde
-5 (G)–0 (C)–+6 (F#)
De toonhoogte van het klavier in stappen van een octaaf
veranderen (Octave Shift)
1.
Druk op de OCTAVE [DOWN]- of [UP]-knop.
Als deze instelling een andere waarde heeft
dan "0", gaat de OCTAVE [DOWN]- of [UP]-knop
branden.
U kunt deze instelling opnieuw instellen op "0"
door tegelijk op de OCTAVE [DOWN]- en [UP]-
knoppen te drukken.
Waarde
-3–0–+3
Wat wordt beïnvloed door de Octave Shift-instelling is afhankelijk van de huidige
modus.
Patch-modus
Het octaaf van de geselecteerde patch zal veranderen. De instelling kan niet worden
opgeslagen.
Performance-modus
Dual, Super Layer
Het octaaf van alle partijen zal veranderen.
Het octaaf van de huidige geselecteerde partij zal veranderen.
Split, 16-part mode
U kunt dit onafhankelijk instellen voor elke partij.
* U kunt de Octave-instelling van elke partij opslaan door de performance op te
slaan.
De controleknoppen gebruiken om het geluid te variëren
U kunt de controleknoppen gebruiken
om het geluid in realtime te bedienen.
U kunt in het totaal 12 parameters
bedienen die geordend zijn in drie
groepen van elk vier parameters.
Als u de parameters selecteert die
moeten worden ingesteld voor
elke partij, zal het doel dat wordt
beïnvloed door deze wijzigingen,
afhangen van de huidige
instellingen.
Patch-modus
Controleknoppen zijn van toepassing op elke afzonderlijke toets. Als u
een van deze controleknoppen draait, wordt de huidige geselecteerde
Drumkit
toets aangeduid (bijvoorbeeld C4).
Als u de toets waaraan een effect moet worden toegepast, wilt wijzigen,
drukt u op een toets en geeft u een nieuwe toetsnaam op.
Performance-modus
Dual, Super Layer
All-partijen
Split, 16-part mode
De huidige geselecteerde partij
* Voor sommige geluiden hebben de knoppen mogelijk geen effect.
1.
Druk op de [SELECT]-knop om de groep met parameters te selecteren.
2.
Gebruik de controleknoppen om de parameters te bedienen.
Parameter
Uitleg
Regelt de frequentie (afsnijfrequentie) vanaf dewelke het filter zal worden
CUTOFF
toegepast.
Versterkt het geluid in de buurt van de afsnijfrequentie, wat het geluid een
RESONANCE
distinctief karakter geeft.
Regelt de tijd vanaf het ogenblik waarop u de toets indrukt totdat het
ATTACK
geluid het maximumniveau bereikt.
Regelt de tijd vanaf het ogenblik waarop u de toets loslaat totdat het geluid
RELEASE
niet meer hoorbaar is.
Regelt de galm die wordt toegepast op het invoergeluid van de MIC IN-
MIC REVERB
aansluiting.
MFX CTRL
Regelt MFX.
CHORUS/DELAY
Regelt de hoeveelheid chorus en delay.
REVERB
Regelt de hoeveelheid reverb (galm).
U kunt verschillende parameters toewijzen aan deze knoppen en ze bedienen.
ASSIGN 1–4
Voor meer informatie over het wijzigen van de parameters die aan deze
knoppen zijn toegewezen, raadpleegt u "Parameter Guide (Engels)" (PDF).
Favoriete geluiden registreren op een knop (FAVORITE)
"Favorieten" bewaren instellingen voor vaak gebruikte gebruikerspatches en
-performances, zodat u deze kunt oproepen door gewoon op een knop te drukken.
Favorieten slaan het nummer van de patch of performance op.
Favorietenbank 9
Favorietenbank 0
Favoriet 0–9
5 Favorieten 0–9 kunnen worden geregistreerd als een "favorietenset". U kunt in
het totaal tien favorietensets registreren.
5 Gebruik de knoppen [0] tot [9] om klanken te registreren of om te wisselen naar
klanken.
OPMERKING
Als u de geluids- of klavierinstellingen (Split, Dual, Super Layer) hebt gewijzigd,
moet u eerst de gewijzigde instellingen opslaan voordat u deze als een favoriet
kunt registreren.
Een favoriet registreren
1.
Selecteer een patch of performance die u wilt
registreren.
2.
Druk op de [BANK]-knop om deze te doen branden.
3.
Druk op een [0]–[9]-knop om de bank te selecteren
waarop u de favoriet wilt registreren.
4.
Houd de [FAVORITE]-knop ingedrukt en druk op
een [0]–[9]-knop om het nummer te selecteren
waarin de favoriet zal worden geregistreerd.
De JUNO-DS bespelen
7