6.4 Bedieningspaneel
Figuur 6.1 Hoofdschakelaar
Onderdeel
Schakelaar/controlelampje
1
Start/stop-schakelaar
2
Standenschakelaar
3
Controlelampje 'Netvoeding'
4
Controlelampje 'In bedrijf'
5
Storingslampje
6
Temperatuurmeter
7
Bedrijfsurenteller (optioneel)
Tabel 6.1 Bedieningspaneelfuncties
18
2
1
Figuur 6.2 Bedieningspaneel
Wanneer de Start/stop-schakelaar in de stand Stop staat, wordt het apparaat
uitgeschakeld.
Wanneer de schakelaar in de stand MAN staat en de Start/stop-schakelaar in de stand
Operation, start de ontvochtiger.
Wanneer de schakelaar in de stand AUTO staat en de Start/stop-schakelaar in de
stand Operation wordt gezet, kan de ontvochtiger worden geregeld door een externe
vochtigheidssensor of RH98.
Wanneer de standenschakelaar op MAN staat, draait de luchtontvochtiger in
handbediening. In deze stand draait het apparaat continu wanneer de start/stop-schakelaar
wordt gezet in de stand Bedrijf. Wanneer de standenschakelaar op AUTO staat, draait de
luchtontvochtiger in automaat. In deze stand moet een vochtigheidssensor of RH98 op het
apparaat zijn aangesloten. Wanneer de start/stop-schakelaar op Bedrijf staat, bepaalt de
vochtigheidssensor of RH98 wanneer de luchtontvochtiger start en stopt.
Geeft aan dat de netvoeding is aangesloten op de luchtontvochtiger.
Geeft aan dat de luchtontvochtiger draait of gereed is om te starten na een signaal van de
vochtigheidssensor of RH98 (automaat).
Geeft aan dat het apparaat is uitgevallen doordat ofwel de temperatuurbeveiliging ofwel
de ventilatormotorbeveiliging is geactiveerd. Bij apparaten met een luchtgekoelde
condensor gaat het storingslampje branden bij een storing van de condensorventilator of
de verwarming.
Geeft de regeneratieluchttemperatuur aan.
Geeft het aantal bedrijfsuren aan van de luchtontvochtiger.
Bedrijf
Luchtontvochtiger ML180-MLT350
3
4
5
Functie
6
190TNL-1034-L1604