EJHA04AAV3 + NHY2KOMB28+32AA
Daikin Altherma H Hybrid
4P556861-1B – 2020.02
▪
Ter plaatse te voorziene componenten – Water en glycol. Gebruik alleen
materialen die compatibel zijn met het water (en, indien van toepassing, glycol)
dat in de installatie gebruikt wordt en met de materialen van de buitenunit.
▪
Ter plaatse te voorziene onderdelen – Waterdruk en -temperatuur. Controleer
of alle componenten in de lokale leidingen bestand zijn tegen de waterdruk en
watertemperatuur.
▪
Waterdruk. De maximum waterdruk bedraagt 4 bar. Voorzie gepaste veiligheden
in het watercircuit om ervoor te zorgen dat de maximumdruk NIET overschreden
wordt.
▪
Watertemperatuur
warmtepompconvectoren worden aangesloten, mag de temperatuur van het
water in de convectoren NIET hoger worden dan 65°C. Plaats zo nodig een
thermostatisch geregelde klep.
▪
Watertemperatuur – Vloerverwarmingslussen. Indien vloerverwarmingslussen
worden aangesloten, plaats een mengstation om te beletten dat het water te
warm in het vloerverwarmingcircuit binnen zou komen.
▪
Watertemperatuur. Alle geplaatste leidingen en leidingtoebehoren (kleppen,
verbindingsstukken, enz.) DIENEN bestand te zijn tegen de temperaturen zoals
aangegeven in
"5.1.1 Speciale
▪
Aftappen – Lage punten. Voorzie aftappunten op alle lage punten van de
installatie om het watercircuit volledig te kunnen aflaten.
▪
Aftappen – Overdrukveiligheidsklep. Zorg voor een geschikte afvoer voor de
veiligheidsklep om te vermijden dat water in contact komt met elektrische
onderdelen.
▪
Ontluchtingspunten. Voorzie ontluchtingspunten op alle hoge punten van de
installatie; deze punten moeten voor onderhoud gemakkelijk bereikbaar zijn. Als
u automatische ontluchtingskleppen gebruikt, controleer dan of deze NIET te
hard zijn vastgedraaid, zodat het watercircuit automatisch ontlucht kan worden.
▪
Onderdelen met een zinklaag. Gebruik nooit onderdelen met een zinklaag in het
watercircuit. Aangezien het interne watercircuit in de unit uit koperen buizen
bestaat, kan anders overmatige corrosie optreden.
▪
Niet-koperen metalen leidingen. Wanneer ook niet-koperen metalen leidingen
gebruikt worden, isoleer dan elke koperen leiding goed van elke niet-koperen
leiding, zodat ze NIET met elkaar in contact kunnen komen. Dit, om galvanische
corrosie te vermijden.
▪
Afsluiter – De circuits van elkaar scheiden. Wanneer een 3-wegklep in het
watercircuit gebruikt wordt, zorg ervoor dat het warmtapwatercircuit en het
circuit van de vloerverwarming volledig gescheiden zijn.
▪
Klep – Omschakeltijd. Wanneer een 2-wegklep of 3-wegklep in het watercircuit
gebruikt wordt, moet de maximale omschakeltijd van de klep minder dan
60 seconden bedragen.
▪
Filter. Het is ten zeerste aangewezen een additionele filter in het watercircuit
van de verwarming te monteren. Om daarbij stukjes metaal afkomstig uit de vuile
verwarmingsleidingen te verwijderen, wordt geadviseerd een magneet- of
cycloonfilter te gebruiken om fijne deeltjes te verwijderen. Kleine deeltjes
kunnen de unit beschadigen en worden NIET door de standaardfilter van de
warmtepompinstallatie verwijderd.
▪
Vuilafscheider
–
Oude
verwarmingsinstallaties, wordt er geadviseerd om een vuilafscheider te
gebruiken. Vuil of bezinksel van de verwarmingsinstallatie kan de unit
beschadigen en de levensduur ervan verkorten. Het circuit van het warm
–
Warmtepompconvectoren.
4
gasboiler" [
23].
verwarmingsinstallaties.
8
Voorbereiding
|
Indien
In
geval
van
oude
Uitgebreide handleiding voor de installateur
65