Gebruikershandleiding
4.5
Afschakelen meldergroep (bedieningsfunctie F00)
Na de keuze van de functie, kan de gewenste meldergroep worden ingevoerd door:
- Directe invoer van het meldergroepnummer via cijfertoetsen
- Keuze via indrukken van de 'pijltoetsen ↑↓"
Door het indrukken van de 'UIT'-toets wordt de meldergroep uitgeschakeld.
Door het indrukken van de 'AAN'-toets wordt deze weer ingeschakeld.
Wanneer de brandmeldcentrale met een enkel display is uitgerust, dan wordt via de gele LED de afgeschakelde
toestand weergegeven. Parallel aan deze aanwijzing brandt de LED-indicatie "Afschakeling".
Bij het uitschakelen van een meldergroep blijven de daaraan toegekende stuurfuncties actief!
Om stuurfuncties uit te schakelen, moeten in de bedieningsfunctie "Afschakeling afzonderlijke
deelnemers" (par. 4.15) de gewenste deelnemers zoals bijv. de stuurmodule, mastermodule en
nevenindicator individueel worden uitgeschakeld!
4.5.1
Bedieningsvoorbeeld meldergroepen aan-/uitschakelen: (bijv. meldergroep 12)
Display-indicatie: basistoestand
Menu
Prog. Functie
4.5.2
Bedieningsvoorbeeld meldergroepen in-/uitschakelen via directe keuze van de
bedieningsfunctietoets "Groep": (bijv. meldergroep 12)
Display-indicatie: basistoestand
Groep
4.6
Akoestische alarmering uitschakelen (bedieningsfunctie F01)
De akoestische alarmeringen kunnen, behalve de geïntegreerde zoemer, worden uitgeschakeld. Parallel met deze
functie wordt de LED "Akoust. Signalen afgesch. / Storing" en de verzamelindicatie-LED "Afschakeling"
geactiveerd.
Display-indicatie: Basistoestand
Menu
Prog. Functie
-Akoestische signaalgever uitschakelen via de toets "UIT"
-Akoestische signaalgever inschakelen via de toets "AAN"
Lobeco Beveiligingen B.V.
AAN
UIT
AAN
UIT
AAN
Pagina 19 van 26
UIT
(keuze bedieningsfunctie 01).
BMC 1016
NP1021.02