Functiebeschrijving
3.10.2 Arc Force
Om een stabiele vlamboog te bekomen bij elektrodelassen is het belangrijk om
de druppelvormige materiaalovergang te vergemakkelijken door zeer korte
stroompulsen bovenop de ingestelde lasstroom. De hoogte van de korte
stroompulsen wordt bepaald door de regeling van de Arc Force. D.m.v. de druk-
/draaiknop [7] kan bij ingesteld elektrodetype "Rutiel" en "Basisch" de Arc Force
traploos geregeld worden tussen 0 % en 300 % van de ingestelde lasstroom I1,
en bij ingesteld elektrodetype "Cellulose" tussen 100% en 300% (maar maximaal
Imax - bv. Arc Force 50 %, lasstroom I1=100 A _ Arc Force=150 A).
3.10.3 Hot Start
Voor een betere ontsteking van de elektrode bij elektrodelassen wordt bij het
starten kortstondig een hogere stroom dan de ingestelde lasstroom I1 toegepast.
De hoogte van die hogere stroom wordt bepaald door de regeling van de Hot
Start. D.m.v. de druk-/draaiknop [7] kan de Hot Start traploos geregeld worden
tussen 0 % en 200 % van de ingestelde lasstroom I1 (maar maximaal Imax - bv.
Hot Start 30 %, lasstroom I1=100 A _ Hot Start=130 A).
De HotStart tijd kan traploos tussen 0.1 ... 10 sec ingesteld worden.
3.10.4 Anti-Stick-functie
Wanneer tijdens elektrodelassen zich een permanente kortsluiting voordoet, dan
treedt de anti-kleef-functie na ongeveer 1.3 sec. in werking die de lasstroom
beperkt tot ongeveer 35 A. Daardoor wordt uitgloeien van de elektrode
verhinderd en de elektrode kan gemakkelijk losgemaakt worden.
3.11
Sneltoetsen P1 en P2 (Quick Choice-toetsen)
De druktoetsen P1 [10] en P2 [11] geven de gebruiker de mogelijkheid om snel
twee programma's op te slaan en op te roepen.
Om programma 1 resp. programma 2 te selecteren moet druktoets P1 of P2 kort
ingedrukt worden.
Om de waarden die ingesteld zijn in de applicatie Classic op te slaan moet men
druktoets P1[10] of P2 [11] gedurende ongeveer 2 sec. indrukken. Wanneer het
programma opgeslagen is verschijnt rechts bovenaan op het scherm P1 resp.
P2.
Met de Up-/Down-toorts kunnen de programma's P1 of P2 ook opgeroepen
worden (zie §3.14) met de toortsschakelaar.
3.12
Applicatie Programma (Progr.)
De applicatie Programma (groen) maakt opslaan, oproepen en beheren van tot
1000 programma's in tot 100 mappen mogelijk. De programma's kunnen onder
een vrij te kiezen naam (bv. de naam van een medewerker, een klant en/of
materiaal) in een vrij te kiezen Map opgeslagen en opgeroepen worden.
Per programma worden daarbij de waarden van alle instelmogelijkheden die het
apparaat biedt opgeslagen.
Op die manier kunnen de eenmaal bepaalde instellingen van het apparaat bij
weerkerende lasopdrachten vliegensvlug en in een handomdraai opnieuw
ingesteld worden. Dat bespaart tijd en garandeert steeds dezelfde laskwaliteit.
Bovendien kunnen individuele basisinstellingen van het lasapparaat zoals bv.:
start- en eindkraterstroom, ontstekingsenergie, enz. door meerdere personen
37