Funktiebeschrijving
3.7.1
Lassen met HF ontsteking.
De REHM TIG lasmachines zijn standaard met een HF ontstekingsmechanisme
uitgevoerd. Bij de instelling „elektrode lassen" is de HF ontsteking automatisch
uitgeschakeld.
Het HF ontstekingsmechanisme maakt door de ionisatie van de lucht bij gelijk-
en wisselstroomlassen het contactvrij ontsteken van de boog tussen elektrode en
werkstuk mogelijk, waardoor wolfram insluiting en daarmee dus lasfouten
voorkomen worden. In beide gevallen wordt na het ontsteken van de boog het
HF ontstekingsmechanisme automatisch uitgeschakeld. Het in hoofdstuk 3.5.14
beschreven herontsteken van de boog bij wisselstroom lassen gebeurt zonder
gebruik van het HF ontstekingsmechanisme. Dit reduceert de uitstraling van
elektrische storingsvelden en maakt zelfs wisselstroom lassen compleet zonder
HF ontsteking mogelijk, zoals dit bij het gelijkstroom lassen al bekend is (zie
hoofdstuk 3.7.2).
Bij de instelling „ " is het HF ontstekingsmechanisme gebruiksklaar. Om de boog
te ontsteken wordt de elektrode circa. 3-5 mm boven het werkstuk gehouden. Bij
het indrukken van de toortsknop wordt door een hoogspanning impuls de lucht
tussen elektrode en werkstuk geïoniseerd en de boog ontstaat. Door het
contactloze ontsteking wordt wolfram afsplitsing en wolfram insluiting in het
smeltbad voorkomen. Bij het lassen wordt na een succesvolle ontsteking het HF
ontstekingsmechanisme automatisch weer uitgeschakeld.
3.7.2
Lassen zonder HF ontsteking.
Bij het lassen met gelijk- of wisselstroom kan de boog ook met een contact
ontsteking (Lift-Arc) ontstoken worden. Hiervoor wordt het hoogfrequent
ontstekingsmechanisme uitgeschakeld. Om de boog te ontsteken wordt de
elektrode op het werkstuk gezet en de toortsknop ingedrukt. Door optillen (liften)
van de elektrode ontsteekt de boog programma gestuurd en beschadigd daarbij
de aangeslepen elektrode niet. Deze mogelijkheid kan voordelen bieden bij
laswerkzaamheden aan gevoelige, elektronische apparatuur (bijvoorbeeld in
ziekenhuizen en bij reparatie laswerkzaamheden aan CNC gestuurde machines),
wanneer het gevaar van storingen door hoogspanning impulsen bestaat.
3.8
Pulsen.
Met de druktaster [21] wordt de keuze gemaakt tussen lassen zonder pulsen,
conventioneel pulsen en hoogfrequent pulsen, waarbij de aanduiding LED's [22]
het gekozen lasproces aangeven (zie hoofdstuk 3.5.7).
25