Appendix
14
Appendix
14.1
Installatieconfiguratie
14.1.1
Ventilatiemodule LM1 met bedienmodule ventilatie BML
In deze configuratie wordt het gebouw in combinatie met luchtverhitters verwarmd. Dat gebeurt in functie
van de kamertemperatuur. De kamertemperatuur wordt m.b.v. een voeler gemeten en de ventilator,
de verwarmingscircuitpomp en het verwarmingstoestel worden afhankelijk van de behoefte in‑ of
uitgeschakeld.
Als de temperatuurafwijking (ingestelde waarde tegen de gemeten waarde van de kamertemperatuur)
gering is, wordt de ventilator op trap 1 geschakeld. Als de temperatuurafwijking groter is, dan wordt de
ventilator op trap 2 geschakeld.
Afb. 14.1
LM1 met BML
1
Bedienmodule ventilatie BML
2
Buitenvoeler
3
Ventilatiemodule LM1
4
Net
3063447_202101
5
9
L1 L2
L3
N PE
4
6
5
1
2
2
2
3
2
3
J
7
5
Luchtverhitter
6
Verwarmingscircuitpomp
7
Ruimtevoeler
8
Verwarmingstoestel
8
WOLF GmbH | 55