WAARSCHUWING
GEVAAR VAN SCHEUREN VAN
ONDERDELEN
Om het risico van ernstige verwonding
te verminderen, zoals door binnendringen
van materiaal in de huid, of door materiaal dat in de ogen
of op de huid spat, moet u altijd de Drukontlastings-
procedure op blz. 7 volgen voordat u het systeem
afstelt, schoonmaakt of repareert, of voordat u het
reduceerventiel uit het systeem verwijdert.
Het systeem nooit onder druk zetten wanneer de stelknop
van de materiaalregelaar l is verwijderd.
Verwijder de stelknop nooit als er druk op het systeem
staat.
Doorspoelen
D Spoel vóór een kleurwisseling, voor de vloeistof in het
apparaat kan opdrogen, aan het einde van de dag, vóór
opslag en voordat u de apparatuur gaat repareren.
D Spoel op de laagst mogelijke druk. Kijk de connectoren
na op lekken en draai ze aan, indien nodig.
D Spoel met een vloeistof die compatibel is met het mate-
riaal dat u doseert en met de bevochtigde onderdelen in
uw apparatuur.
1.
Schrijf de op de regelaar ingestelde druk op voordat
u gaat spoelen.
2.
Schakel de pomp uit en ontlast de materiaaldruk in het
systeem door de trekker van het pistool in te drukken en
het tegendrukventiel of ander omloopventiel te openen.
3.
Nooit de maximum werkdruk van het systeemonderdeel
met de laagste werkdruk overschrijden.
4.
Open vóór het spoelen het reduceerventiel door de
instelknop (6) volledig rechtsom te draaien.
5.
Voer oplosmiddel aan naar het systeem. Stel de pomp
in op de laagst mogelijke druk en start de pomp.
6.
Spoel tot alles volledig schoon is.
7.
Stel de materiaalregelaar in zodat u weer op de gewenste
instelling komt.
OPMERKING: Laat geen verf of oplosmiddel lange tijd
in het systeem zitten. Er kan materiaal
opdrogen op de zuiger, waardoor lekkage
aan de zuiger- pakking ontstaat. Indien
lekkage optreedt moet het reduceerventiel
uit elkaar worden genomen en gereinigd.
8
306878
Onderhoud
Schoonmaken
Bij overschakelen op een andere verfsoort of een andere
kleur moet het reduceerventiel uit elkaar gehaald worden
en schoongemaakt. Regelmatige reiniging en controle, en
smering van de zuiger (15) en zuigerpakking (10) zijn nodig
om de goede werking van het reduceerventiel te verzekeren.
1.
Ontlast de luchtdruk en materiaaldruk in het hele systeem.
2.
Verwijder het reduceerventiel uit het systeem.
3.
Haal het reduceerventiel uit elkaar, zie de onderdelen-
tekening op blz. 9. Reinig en controleer alle onderdelen.
Wees extra voorzichtig met de delen van de zuiger (13)
en de zitting (12) die gemaakt zijn van hard carbid.
Beschadiging zal gebrekkige werking en lekkage tot
gevolg hebben.
Repareren
Normaal komen hoogstens de kogelondersteuning (21),
de zitting (20) en de zuigerpakking (10) in aanmerking voor
vervanging. Hiervoor is reparatieset 220139 verkrijgbaar.
Zie blz. 9.
1.
Vet de zuigerpakking (10), de zuiger (15) en de veer-
houder (11) in met vet op lithiumbasis.
2.
Zet de sluitring (19) op het puntige uiteinde van de
zuiger (15).
3.
Plaats de pakking (10), met de lippen naar beneden,
over het puntige einde van de zuiger (15) en tegen
de sluitring (19).
4.
Schuif de zuiger (15) in de onderkant van de cilinder (7)
en werk hem voorzichtig op zijn plaats.
5.
Zet de overige onderdelen weer in elkaar in omgekeerde
volgorde als bij de demontage. Draai de klepzitting (20)
in het huis met 20 tot 22 N.m. Door te vast aandraaien
kan de zeskant van de zitting afbreken.
VOORZICHTIG