Inhoudsopgave
Advertenties
Het uploaden kan even duren. Zodra de
sitefile geüpload is, wordt de knop Close
actief.
Klik op de knop Close.
U heeft de sitefile geüpload naar de IPC.
De CX Assistant stelt u in staat de
I/O verbindingen te testen.
Hiervoor moet u verbinding
hebben met de IPC en de sitefile
hebben geüpload naar de Ridder
CX500 op de IPC. Bekijk de
handleiding "CX Assistant tutorial"
voor meer informatie.
Indien de bedrading juist is aangesloten,
zal de procescontroller direct actief
worden en de regelingen aansturen op
basis van de standaardinstellingen.
5.3
Software-instellingen
De bediening van de Ridder CX500 gebeurt via Synopta. Synopta is de
bedieningsinterface voor de FertiMiX Pro C en wordt op een pc / het bedrijfsnetwerk
van de tuinder geïnstalleerd.
Voor meer informatie over Synopta bekijkt u de handleiding "Synopta
software installatiehandleiding".
Afhankelijk van de gekozen configuratie in de CX Assistant komen er in Synopta
regelingen beschikbaar voor gebruik.
Controleer de regelingen en bijbehorende instellingen in Synopta.
Meer informatie over regelingen en instellingen vindt u in de Synopta help. Gebruik de
toetscombinatie [Ctrl] + [F1].
Heeft u de configuratie gewijzigd in de CX Assistant? Controleer de
instellingen van de betreffende regelingen in Synopta.
5.3.1
Fertigatie opzetten
In Synopta gebruikt u de volgende regelingen om de fertigatie op te zetten:
Kraangroepen;
Kranen;
Periodes;
Fertigatierecepten;
Watergift;
44
FertiMiX
Advertenties
Inhoudsopgave
