Opnemen vanaf een ander aangesloten apparaat
6
Verbind de voicerecorder
met een ander apparaat door
middel van aansluitkabel
KA333.
Naar de audio-uitgang van
een ander apparaat
Naar de
microfoonaansluiting
Druk op de knop REC ( K ) om
7
de opname te starten.
8
Start het afspelen op het
andere apparaat.
9
Nadat het dupliceren is
voltooid, drukt u op de knop
STOP (J) om de opname te
stoppen.
• Wanneer [Dupliceren (Timer)] is
geselecteerd, stopt de opname
automatisch zodra de ingestelde tijd
is verstreken.
OPMERKING
• Sluit geen apparaten aan op
of koppel ze niet los van de
voicerecorderaansluitingen tijdens
het opnemen.
• Pas het opnameniveau aan op het
andere apparaat.
• Voor geslaagde opnamen raden
wij u aan de opnamefunctie en
het volume te testen voordat u het
toestel gebruikt.
• In [Dupliceren (Auto. splitsen)]
wordt een originele opname
gekopieerd naar afzonderlijke
bestanden, verdeeld in elk nummer
door het signaalniveau of het
ruisniveau van een stil gedeelte.
Wanneer het signaalniveau te laag is
of de ruis te luid is, wordt het splitsen
van de opnamen mogelijk niet goed
uitgevoerd.
Selecteer in dat geval [Dupliceren
(Timer)] en start en stop de opname
handmatig.
• Als de aansluitkabel niet is
aangesloten wanneer [Dupliceren]
wordt geselecteerd, wordt het bericht
[Verbind audio- kabel m. micro-
foonaansluiting].
2
NL
35