Hieronder worden de gebruikersinterface en het
bedieningspaneel weergegeven.
Het bedieningspaneel bestaat uit de volgende
gebieden (weergegeven in figuur 3):
A.) Draaischijf Contrast - wordt gebruikt om de
helderheid en het contrast van het aanraakscherm
aan te passen.
B.) Aanraakscherm - Geeft de menu's met
toepassingen voor de printer weer.
C.) Bedieningspaneeltoetsen - worden samen
met het aanraakscherm door de systeembe-
heerder gebruikt om informatie in te voeren en de
mode Hulpprogramma's te openen.
DOCUCOLOR 12 HANDLEIDING VOOR DE GEBRUIKER
B
A
Figuur 3: Het bedieningspaneel
2–3
C
AAN DE SLAG MET DE DOCUCOLOR 12
1
2
3
4
5
6
7