11 | Bedrijfs- en storingsmeldingen
Code
Soort Betekenis
6C
306
3
Er is een ionisatiestroom gemeten, nadat de
brander is gedoofd.
6C
509
—
De besturingsunit is defect.
6H
607
—
Ionisatie valt weg kort na het ontsteken van
de brander.
6L
229
2 3
Er is onvoldoende ionisatiestroom gemeten
tijdens het branden.
6P
269
—
De ontstekingsunit is te lang aangestuurd.
7A
550
—
De netspanning is te laag.
7A
608
—
De netspanning of ModuLine thermostaat
wordt extern beenvloed.
7C
231
3
De netspanning is tijdens een vergrendelen-
de storing onderbroken geweest.
7C
609
—
Zekering F3 is defect.
2
7H
328
Er is een kortstondige onderbreking van de
netspanning geweest.
7H
356
2
De netspanning is lager dan is toegestaan.
7L
261
3
De besturingsunit is defect.
7L
280
3
8Y
232
—
Het externe schakelcontact is geopend.
9A
235
3
De HCM is te nieuw voor de besturingsunit.
9A
360
3
De geplaatste HCM correspondeert niet met
de besturingsunit.
9A
361
3
De geplaatste besturingsunit correspondeert
niet met de HCM.
9C
322
—
De besturingsunit ziet geen HCM.
9C
610
—
9F
611
—
De besturingsunit is defect.
38
Oplossing
▶ Inspecteer het ionisatiegedeelte van de ontstekingsunit. Vervang het on-
derdeel indien nodig.
▶ Controleer of na einde branderfase de gas-luchtverhouding gehandhaafd
blijft.
▶ Controleer of er na einde branderfase spanning op het gasregelblok blijft
staan.
▶ Controleer de werking van het cv-toestel door de besturingsunit te vervan-
gen.
▶ Controleer de connectors en de bekabeling van de besturingsunit.
▶ Controleer de werking van het cv-toestel door de besturingsunit te vervan-
gen.
▶ Controller de luchtrestrictie en/of gasinspuiter op juiste montage.
▶ Controleer de stuurleiding tussen het gasblok en meetpunt P1 op juiste
montage en lekkage.
▶ Controleer de gas-luchtverhouding en stel deze indien nodig opnieuw in.
▶ Controleer het cv-toestel op vervuiling, voer zo nodig onderhoud uit.
▶ Controleer de dynamische gasvoordruk.
▶ Controleer de bekabeling en de connector van de ionisatiepen.
▶ Controleer de ontstekingsunit op beschadiging en slijtage. Vervang het
onderdeel indien nodig.
▶ Controleer de connectors en de bekabeling van de besturingsunit.
▶ Controleer de werking van het cv-toestel door de besturingsunit te vervan-
gen.
▶ Controleer de netspanning van de contactdoos waarop het cv-toestel is
aangesloten.
▶ Controleer op aanwezige aggregaten, windmolens of machines.
▶ Controleer de werking van het cv-toestel door de besturingsunit te vervan-
gen.
▶ Controleer de werking van het cv-toestel door de ModuLine te vervangen.
▶ Reset het cv-toestel.
▶ Controleer de zekering F3 op de achterzijde van de besturingsunit.
▶ Controleer de werking van het cv-toestel door de besturingsunit te vervan-
gen.
▶ Controleer of de storing het gevolg kan zijn geweest door de aanwezigheid
van een aggregaat, windmolen of andere apparatuur die een onderbreking
kan veroorzaken.
▶ Controleer de elektrische installatie.
▶ Controleer de bekabeling en de connectors van de besturingsunit.
▶ Controleer de werking van het cv-toestel door de besturingsunit te vervan-
gen.
▶ Controleer de draadbrug op de aansluiting van het externe schakelcon-
tact.
▶ Controleer het externe schakelcontact.
▶ Vervang de besturingsunit door één met de meest recente software. Op de
barcode van de besturingsunit staat de softwareversie vermeld.
▶ Controleer het HCM-nummer.
▶ Plaats de HCM met het juiste HCM-nummer.
▶ Controleer het nummer op de besturingsunit.
▶ Plaats de HCM met het juiste HCM-nummer.
▶ Controleer de connector en de bekabeling van de HCM.
▶ Controleer de connectors en de bekabeling van de besturingsunit.
▶ Controleer de werking van het cv-toestel door de besturingsunit te vervan-
gen.
TrendLine • 6720882262 (2021/03)