NL
COMMUNICATIESETUP
(Zie afb. 12E voor de hiërarchische structuur van de 'Communication Setup' (Communicatiesetup).
Baud Rate (Modemsnelheid) – Regelt de modemsnelheid voor AutoDome-communicatie in normale modus. Standaardinstelling* is
9600.
Keuzemogelijkheden: . . . . . . .9600*, 19200, 38400, 57600.
Bilinx – Schakelt de Bilinx-communicatie rechtstreeks via de coax in en uit. De standaardinstelling* is ON (ingeschakeld).
Keuzemogelijkheden: . . . . . . . .Aan*, Uit.
Restore Defaults (Standaardinstellingen herstellen) – Herstelt de standaardinstellingen voor ALLE keuzes doch UITSLUITEND
in dit submenu.
Keuzemogelijkheden: . . . . . . .Yes/No (Ja/Nee).
ALARMINSTELLING
(Zie afb. 12F voor de hiërarchische structuur van het menu 'Alarm Setup' (Alarminstelling).
Input 1 thru 4 (Ingang 1 t/m 4) – Bevat een submenu met keuzemogelijkheden voor invoertype en de verwachte actie bij activering
van het alarm.
Alarm 1 thru 4 (Alarm 1 t/m 4)
Input (Ingangssignaal) – Regelt het type ingangssignaal dat de camera verwacht. Standaardinstelling* is OFF (Uit).
Keuzemogelijkheden: . . .Off (Uit)*, Normally Open (Normaal open) (N.O.), Normally Closed (Normaal gesloten) (N.C.).
Action (Actie) – Er zijn drie standaardkeuzemogelijkheden voor de bepaling hoe de AutoDome reageert wanneer een
alarmingang wordt geactiveerd alsmede een extra keuzemogelijkheid die ALLEEN verschijnt bij gebruik van de AutoTracker.
Go to Shot (Ga naar voorkeurpositie) – De AutoDome beweegt naar de geselecteerde voorkeurpositie (shot). Standaard
is het aantal ingangen.
Keuzemogelijkheden: . . .0 tot 99.
LET OP: Als 0 wordt geselecteerd en OSD ingesteld op YES (Ja), beweegt de camera niet maar wordt een knipperende
ALARM prompt getoond.
OSD (Beeldschermmenu) – Regelt de weergave van een zichtbare ALARM-prompt. De standaardinstelling* is YES (Ja).
Keuzemogelijkheden: . . .Yes*/No (Ja/Nee).
Transmit (Zenden) – Regelt de verzending van een alarmmelding via RS-232/RS-485. De standaardinstelling* is NO (Nee).
Keuzemogelijkheden: . . .Yes/No* (Ja/Nee).
Track – Regelt de activering van de tracker bij een alarmmelding. Alleen op AutoTrack-modellen zichtbaar.
Keuzemogelijkheden: . . .Yes/No (Ja/Nee).
AutoTrack/Relay Output (Relaisuitgang) – Bevat een submenu met keuzemogelijkheden die de werking van de relaisuitgang aansturen.
Period (Periode) – Regelt de tijd dat de relaisuitgang geactiveerd blijft. Standaard* is 'Follow Input' (Ingangssignaal volgen).
Keuzemogelijkheden:
FOLLOW INPUT* (Ingangssignaal volgen) – Het uitgangssignaal van het relais blijft even lang geactiveerd als het
LATCHED (Gesloten) – De relaisuitgang blijft GESLOTEN en geactiveerd totdat tweemaal een opdracht OFF-65
SLIDING SCALE (Glijdende schaal) – Van 1 sec. tot 10 minuten. De relaisuitgang blijft actief gedurende
. . . . . . . . . . . . . . . . .
Geactiveerd door: Selecteer welk alarmingangssignaal de relaisuitgang moet activeren. Gestuurd door is alleen van
Keuze: . . . . . . . . . . . . . . .Ingangen 1 t/m 4: Ja, Nee.
Alarm Status - Geeft de status weer van de alarm ingangen en de relais uitgang. De weergave is dynamisch wat inhoud
dat bij wijzigingen van de status van de alarm in- en uitgangen deze direct worden weergegeven.
Restore Defaults (Standaardinstellingen herstellen) – Herstelt de standaardinstellingen voor ALLE keuzes doch UITSLUITEND
in dit submenu.
Keuzemogelijkheden: . . . . . . .Yes/No (Ja/Nee).
TAALINSTELLING
(Zie afb. 12G voor de hiërarchische structuur van 'Language Setup' (Taalinstelling).
Language (Taal) – Selecteert de voor het beeldscherm gebruikte taal.
Keuzemogelijkheden: Engels, Spaans, Frans, Duits, Pools en Portugees.
© 2004 Bosch Security Systems
ingangssignaal van het alarm.
wordt verstuurd. Met de eerste opdracht OFF-65 wordt het alarm-OSD van het beeldscherm
gewist;de tweede opdracht OFF-65 deactiveert de uitgang.
de ingestelde tijd.
toepassing op het relais output contact, niet op de AutoTrack.
Hoofdstuk 12
Pagina 24 van 33